●
In de rijvermogenindicatie van het instrumen-
tenpaneel verschijnt de indicatie 0
●
Het licht van de indicatie in het instrumenten-
paneel is ingeschakeld, of de buitenverlichting
van de wagen nu brandt of niet.
●
In het instrumentenpaneel gaat het controle-
lampje
branden.
●
Er klinkt een geluidssignaal.
Het aandrijfsysteem in- en uitschakelen bij
zeer lage buitentemperaturen
Wanneer de buitentemperatuur erg laag is (ca.
-27 °C (-16 °F) of lager), kan de hoogvoltaccu
bevriezen en niet langer werken. Het aandrijf-
systeem kan dan niet worden ingeschakeld.
Zodra de temperatuur van de hoogvoltaccu
voldoende stijgt, kan het aandrijfsysteem weer
worden ingeschakeld.
Om te garanderen dat het aandrijfsysteem ook
bij zeer lage temperaturen ingeschakeld kan
worden, beveelt SEAT aan om de wagen be-
schut tegen koude te parkeren.
Gedrag tijdens het rijden en stoppen
De verbrandingsmotor werkt enkel wanneer
nodig. Bij stilstaande auto is de verbrandings-
motor doorgaans uitgeschakeld en de elektri-
sche systemen in de auto worden gevoed door
de hoogvoltaccu. De toerenteller op het instru-
›››
mentenpaneel blijft op 0
166
Het uitschakelen van de verbrandingsmotor
›››
naargelang de rijomstandigheden is normaal
pag.
22.
en bedoeld om brandstof te besparen. In het
algemeen blijven de stuurbekrachtiging en de
remhulpsystemen actief. In geïsoleerde geval-
len kan het systeem vereisen dat de verbran-
dingsmotor ook bij stilstaande auto in werking
blijft.
Bij een file kan de verbrandingsmotor worden
ingeschakeld wanneer de auto stopt, zodat
de hoogvoltaccu weer kan worden opgeladen
voor de volgende fasen van wegrijden en stop-
pen.
Geluid van de wagen
✓ Geldig voor: hybride wagens
De e-aandrijving produceert veel minder geluid
dan een verbrandingsmotor. Om de wagen be-
ter te kunnen horen van buitenaf, genereert hij
in de versies voor sommige landen een kunst-
matig rijgeluid. Bij hogere snelheden, wanneer
het geluid van de banden en van de wind toe-
neemt, verdwijnt het geluid van de wagen van-
zelf.
WAARSCHUWING
Tijdens het elektrisch rijden kan het zijn dat
andere weggebruikers de wagen veel min-
der horen. Dit geldt met name voor plaatsen
met beperkt verkeer, bij het manoeuvreren of
pag.
22.
achteruitrijden. Gevaar voor ongevallen!
Rijden
✓ Geldig voor: hybride wagens
parkeren
Het waarschuwingslampje gaat rood branden.
Er is een storing in het aandrijfsysteem. De wa-
gen wordt niet langer aangedreven. Parkeer de
wagen op een veilige plek zodra dat mogelijk is.
Roep de hulp in van een vakman.
zoeken, alstublieft.
Het waarschuwingslampje gaat geel branden.
Er is een storing in het aandrijfsysteem. Rijd
langzaam naar een gespecialiseerde werk-
plaats om de storing te laten repareren.
Het waarschuwingslampje gaat geel branden.
De prestaties zijn beperkt. Mogelijk is de hoog-
voltaccu niet voldoende opgeladen of werd de
limietwaarde voor de bedrijfstemperatuur be-
reikt, bijvoorbeeld bij erg koude buitentempera-
turen.
gers kunnen de wagen niet horen. De werk-
plaats opzoeken
Het waarschuwingslampje gaat geel branden.
Oplossing van problemen
Aandrijving: storing! De wagen veilig
Fout: hybridesysteem. Werkplaats op-
Vermogen beperkt
Geluid van de wagen: storing! Voetgan-