Inschakelen van de apparatuur
1. Steek de stekker in het stopcontact
2. Zet de eventuele hoofdschakelaar op ON
Voorbereiding van de afstandsbediening
Plaatsen van de batterijen (LRO3 x 2)
1. Druk op het klepje aan de achterzijde van de afstands-
bediening en schuif het in de richting van de pijl.
2. Plaats de batterijen in de juiste richting (+/-) in het
batterijenvakje.
3. Sluit het batterijenvakje weer af met het klepje.
4. - Druk op de reset toets als de afstandsbediening na
het vervangen van de batterijen niet goed werkt.
- Gebruik een balpen of een ander puntig voorwerp
de reset toets in te drukken,
LET OP!
• Als de afstandsbediening voor een langere periode niet wordt gebruikt, dient u de batterijen
te verwijderen. Dit om beschadiging van de afstandsbediening door lekkage van de batterijen te
voorkomen. Zorg dat uw huid, ogen en mond niet in contact komen met de batterijenvloeistof van
de eventueel lekkende batterijen. Bij contact het lichaamsdeel afspoelen met stromend water.
Raadpleeg uw arts voor verdere behandeling.
• Lege batterijen tijdig verwijderen en deponeren in de milieubox of bij de inzameling van chemisch
afval. Geen lege batterijen opladen!
• Beide batterijen gelijktijdig vervangen.
• Batterijen blijven onder normale omstandigheden ongeveer één jaar houdbaar. Als blijkt dat de
afstandsbediening niet naar behoren functioneert, vervang dan de batterijen en druk op de ACL-
toets met het puntje van een balpen of ander puntig voorwerp.
• Houd de batterijen buiten bereik van kinderen.
Instellen van de tijd (fig. 5/5a)
1. Druk op de CLOCK ADJUST toets. Gebruik een balpen of ander puntig voorwerp om de toets
in te drukken.
2. Gebruik de (+/-) SET TIME toetsen om de klok op juiste tijd in te stellen.
+ toets: voor het vooruit laten lopen van de tijd.
- toets: voor het laten teruglopen van de tijd.
De tijd loopt per minuut voor- of achteruit. Om de tijd in stappen van 10 minuten te laten
verspringen, houdt u de toets ingedrukt.
3. Druk de SET-toets in. De tijdinstelling staat in het geheugen en de klok gaat lopen.
Gebruik van de afstandsbediening
• De afstandsbediening moet bij gebruik naar de airconditioner gericht zijn. (bereik ca. 7 mtr.)
• Bij ontvangst van een signaal afkomstig van de afstandsbediening, hoort u een pieptoon van de
airconditioner.
• Bij het uitblijven van de pieptoon drukt u de toets opnieuw in.
• Signalen zullen niet goed worden doorgegeven als er zich een muur, gordijn of ander voorwerp
tussen de airconditioner en de afstandsbediening bevindt.
• Laat geen direct zonlicht of sterke lampen schijnen op de afstandsbediening.
• Indien de afstandsbediening ook werkt op andere apparatuur, raadpleeg dan uw installateur.
• Plaats de afstandsbediening niet in direct zonlicht of andere warmtebronnen.
• Wanneer in de ruimte geïntrigeerde verlichting is bestaat de mogelijkheid dat de airconditioner
de signalen niet goed ontvangt. Raadpleeg de erkende installateur.
8
reset toets