Hoofdstuk 5
Belangrijke mededeling
We hebben de functionaliteit en weergave van onze draagbare diagnoseapparatuur
verbeterd door de grafische gebruikersinterface van de Scanner aan te passen. De meeste
aanpassingen zijn niet van invloed op de navigatie van de apparatuur. Om eventuele
verwarring te voorkomen, willen we u desondanks wijzen op het volgende:
•
•
In dit hoofdstuk wordt de algemene bediening van de Scanner™-plugin behandeld en worden
instructies geboden voor het aanpassen van bepaalde functies.
Hier volgt een overzicht van de elementaire bediening van de scanner.
OPMERKING:
i
De volgorde van de stappen kan verschillen, afhankelijk van de fabrikant of het model van het
testvoertuig. Zie de handleidingen voor voertuigcommunicatiesoftware van de betreffende
fabrikanten voor gedetailleerde procedures.
1. De fabrikant selecteren: Selecteer en laad de softwaredatabase die hoort bij de
2. Het voertuig identificeren: Identificeer het testvoertuig voor de Scanner™-plugin door
3. Het systeem selecteren: Selecteer het systeem dat moet worden getest (motor,
4. De Scanner™-plugin aansluiten op het voertuig: Volg de instructies op het scherm om
5. De gewenste test in het menu selecteren: Selecteer tests voor het voertuig dat u hebt
5.1 De fabrikant selecteren
Voertuigfabrikanten zijn onderverdeeld in categorieën (Afbeelding 5-1):
Bediening
De Scanner heeft geen menu [Exit] meer. De keuzemogelijkheden die zich voorheen in
het menu [Exit] bevonden, zijn nu beschikbaar als knop op de bovenste werkbalk. Via de
knoppen [Save], [Print] en [Tools] kunt u een vervolgkeuzelijst openen en de gewenste
optie selecteren. Door in de modus [Text View] "N" te selecteren, beëindigt u de
communicatie en keert u terug naar het hoofdmenu [System].
Op de werkbalk van de modus [Text View] is nu ook een knop [Pause/Play] beschikbaar.
Met deze knop kunt u de gegevensverzameling onderbreken; hiervoor kunt u niet langer
[Y/a] selecteren in de modus [Text View].
fabrikant van het testvoertuig. Zie "De fabrikant selecteren" op pagina 19.
VIN-tekens in te voeren en vragen te beantwoorden. Zie "Een voertuig identificeren" op
pagina 21.
transmissie, ABS, enz.). Zie "Een systeem selecteren" op pagina 22.
de Scanner™-plugin op het voertuig aan te sluiten. Zie "Aansluiten op een voertuig" op
pagina 22.
geïdentificeerd. Zie "Selecteren in het hoofdmenu van het systeem" op pagina 23.
19