— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Overhandse steken
Maak overhandse steken langs de rand van afgesneden stof om rafelen te voorkomen. Er zijn 15
overhandse steken beschikbaar. De procedure voor overhandse steken wordt beschreven aan de hand van
de persvoet die wordt gebruikt.
Overhandse steken maken met persvoet "G"
U kunt drie steken gebruiken voor overhands naaien met persvoet "G".
Steek
Overhandse
steek
a
Bevestig persvoet "G"voor overhandse steken.
• Zie "Persvoet verwisselen" (pagina 44) voor
meer informatie.
b
Selecteer een steek.
• Zie "Steken selecteren" (pagina 51) voor
meer informatie.
Patroon
Toepassing
11
Rafelen voorkomen in
middelzware en dunne stof
12
Rafelen voorkomen in dikke stof
en stof die gemakkelijk rafelt
13
G
Steekbreedte
[mm (inch)]
Autom
Autom
Handmatig
atisch
atisch
3,5
2,5–5,0
2,0
(1/8)
(3/32–3/16)
(1/16)
5,0
2,5–5,0
2,5
(3/16)
(3/32–3/16)
(3/32)
5,0
3,5–5,0
2,5
(3/16)
(1/8–3/16)
(3/32)
c
Plaats de rand van de stof tegen de geleider
van de persvoet en breng de persvoethendel
omlaag.
a Geleider
d
Naai met de rand van de stof tegen de
persvoetgeleider.
a Naaldpositie
Steeklengte
[mm (inch)]
Persvoet
Handmatig
1,0–4,0
(1/16–3/16)
1,0–4,0
G
(1/16–3/16)
1,0–4,0
(1/16–3/16)
a
1
Overhandse steken 81
3