1.3.7
Storing
Het is uw verantwoordelijkheid te garanderen dat uw GPS-systeem
en zijn onderdelen veilig zijn en goed functioneren vóór u ze in
gebruik neemt.
Alle GPS-onderdelen zijn getest en zijn overeenkomstig met de
uiterste waarden voor elektromagnetische apparatuur onder de
Richtlijn voor medische apparatuur 93/42/EEC (EN 60601-1-2:2007
klasse A en JIS T 0601-1-2:2002). Zie bijlage D.
Deze beperkingen zijn bedoeld om redelijke bescherming te
bieden tegen schadelijke storing in een typische medische
installatie. De apparatuur genereert radiofrequentie energie en,
indien deze niet in overeenstemming is geïnstalleerd en wordt
gebruikt met de instructies, kan dit een storing aan de andere
toestellen in de omgeving veroorzaken. Als deze apparatuur andere
toestellen stoort, en dit kan worden bepaald door de apparatuur
aan en uit te zetten, dan kunt u de storing opheffen door één of
meerdere van de volgende maatregelen te nemen:
Verplaats het ontvangende toestel of richt dit anders.
Vergroot de afstand tussen de apparatuur.
Verbind de apparatuur aan een uitgang van een ander
circuit dan degene die wordt gebruikt door de andere
toestellen.
Neem contact op met de technische dienst van EGI (tabel
P-1).
1.3.8
Symbolen
De volgende symbolen worden gebruikt op de GPS-onderdelen of in
deze handleiding.
16
Gebruikershandleiding GPS 3.0 | 8103012-00 1 juni 2015