Storingsmeldingen
12
Het apparaat observeert continue alle para-
meters die kunnen duiden op beschadigin-
gen of andere nadelige effecten, en neemt
automatisch beschermende maatregelen.
Onderhoud
• Ontkoppel het apparaat altijd van de
stroomvoorziening voordat de radiator
schoongemaakt wordt.
Voor demontage
1. Ontkoppel het apparaat van de stroom-
voorziening, en wacht tot de radiator is
afgekoeld voordat begonnen wordt met
het demonteren van de radiator.
Onder deze maatregelen worden onder an-
dere begrepen; bescherming tegen 'droge
werking', observatie en controle van beheer-
sings- en meetsystemen. Alle storingsmel-
• Controleer regelmatig het niveau van het
verwarmingsmedium in de radiator.
• Maak het product schoon met een droge
2. Wees voorzichtig – een met vloeistof ge-
vulde radiator kan erg zwaar zijn. Neem
alle vereiste veiligheidsmaatregelen.
dingen worden aangegeven door een knip-
perende witte diode.
of vochtige doek, met een kleine hoeveel-
heid wasmiddel, zonder oplosmiddelen,
schurende en/of bijtende bestanddelen.
3. Zorg er voor dat het verwarmings medium
in de radiator geen schade kan veroorza-
ken bij het verwijderen van het verwar-
mingselement. Wanneer nodig moet de
radiator geleegd worden.