DE AANRAAKOPTIES INSTELLEN
Selecteer het tabblad A
met uw vingers moet tikken om te zorgen dat een handeling of beweging wordt herkend.
Hiermee stelt u de snelheid van de
schermcursor voor tracken en navigeren
in. Stel T
in als u de schermcursor
RAAG
langzamer wilt verplaatsen met meer
vingerbewegingen. Stel S
schermcursor snel wilt verplaatsen
met minder vingerbewegingen.
Hiermee stelt u de scrollsnelheid
van de aanraakbeweging S
in.
Hiermee stelt u het
versnellingsniveau van de
schermcursor in. Stel L
AAG
een langzamere reactie op uw
vingerbeweging op de tablet. Stel
S
in voor een snellere reactie.
NEL
Opmerking: de instellingen voor aanraaksnelheid en versnelling zijn niet afhankelijk van de systeeminstellingen. Als u deze
instellingen in het controlepaneel van de Wacom-tablet wijzigt, blijven vergelijkbare systeeminstellingen
ongewijzigd. Als u systeeminstellingen wijzigt, kan dit echter de instellingen van uw Intuos Pro-tablet
beïnvloeden.
Inhoudsopgave
Index
Inhoud
. De aanraakopties bepalen hoe snel u uw vingers moet bewegen of
ANRAAKOPTIES
Schakel het selectievakje
in om aanraakinvoer in te
schakelen.
in als u de
NEL
CROLLEN
in voor
Inhoudsopgave
Index
Met de T
tiksnelheid voor dubbelklikken aan. Plaats
de schermcursor boven het T
en tik twee keer om uw instelling te testen.
Index
past u de
IJD DUBBELE TIK
-gebied
EST
26
26
26