0.935
0.935
1.253
1.253
8.07
K
ALIBRATIE VAN DE ZAAIELEMENTSENSOREN
0.0
0.00
11. Druk de tuimelschakelaar naar OFF. Het
zaaielement stopt met draaien. U kunt het
opgevangen zaaigoed nu afwegen. Vergeet niet
het gewicht van de opvangbak af te trekken!
12. Druk kort op SET. De waarde op het display
knippert. Het led‐lampje bij de on/off toets gaat
uit.
13. De waarde op het display toont de verwerkte
hoeveelheid zaaigoed in kg, in 3 decimalen aan.
Deze waarde moet nu met de afgewogen kg
gecorrigeerd worden. (Met de SET en de +10% / ‐
10% toetsen)
14. Druk 2 seconden op SET om te bevestigen
15. De vertoonde waarde is nu de correcte
waarde in gram/impuls (herinnering: deze waarde
werd eerst op 1.00 ingesteld). Deze
kalibratiewaarde kunt u al naar behoefte noteren.
Bij herhaling van kalibratie van hetzelfde
zaaigoed, kan de draaitest worden overgeslagen.
(Let op: het gewicht van het zaaigoed kan door
verschillende factoren veranderen, waardoor het
tot onnauwkeurigheid van de strooihoeveelheid
kan komen! Wij bevelen u aan het zaaigoed
minstens 1 keer per jaar opnieuw te kalibreren.)
Druk kort op SET om te bevestigen.
(
)
–
DRAAITEST
MET KALIBRATIEWAARDE
16. Druk op de toets kg/kg+, het groene led‐
lampje bij deze toets begint te branden..
17. Druk 2 seconden lang op SET. Het groene led‐
lampje bij de toets begint te knipperen. De
waarde op het display knippert ook.
7 | P a g i n a