Inhoudsopgave
Advertenties
10 Bedieningen en controlelampjes
10.1 Bedieningspaneel – CliniCare 100 HF met microklimaatbeheer
Het bedieningspaneel van de SCU dient om het matrasvervangingssysteem te bedienen en storingen te tonen.
Alarmen worden aangegeven door controlelampje 2.
Fig. 13 SCU Bedieningspaneel – CliniCare 100 HF met MCM-modus
Positie
Bediening /
Controlelampje
1
Knop voor drukregeling
2
Lage druk-lampje
3
Aan-/uitschakelaar
4
Knop modusselectie
MCM – Micro-climate management
10.1.1
De MCM-modus biedt een stabiel, niet-alternerend oppervlak voor de patiënt als hij of zij in of uit het bed stapt of om
verplegingsprocedures uit te voeren. De MCM-modus zorgt bovendien voor een circulerend microklimaat onder de
patiënt. De druk van de luchtcellen kan met behulp van de handmatige drukregeling worden aangepast.
Wanneer de MCM-modus geselecteerd is:
De SCU zal de 8 luchtcellen onder het lichaam van de patiënt tot hetzelfde drukniveau opblazen.
APT+MCM – Alternating pressure therapy + Micro-climate management
10.1.2
In de APT + MCM-modus werkt het
met een intervalcyclus van 12 minuten. Dit bootst de natuurlijke bewegingen van de patiënt na. Tijdens deze cyclus
voert het systeem een verlaagde druk op de patiënt uit. Dit helpt om doorligwonden te voorkomen en te behandelen.
Bovendien wordt er ook een circulerend microklimaat onder de patiënt in stand gehouden.
Wanneer de APT-modus geselecteerd is:
◼
De 2-cellenmatras zal opblazen en leeglopen in cycli van 12 minuten.
D9U003VC0-0207_03
Functie
De druk van de matras aanpassen zodat de patiënt meer comfort en
ondersteuning krijgt.
HOOG: Hoge druk
LAAG: Lage druk
Geeft aan dat er een lage druk in de matras is (zie Systeemfouten).
I : Aan
O: Uit
MCM (Micro Climate Management): Blaas de matras volledig op.
Statische modus met microklimaatbeheer.
APT + MCM: Alternating Pressure Therapy (alternerende
druktherapie). Dynamische modus met microklimaatbeheer.
CliniCare 100 HF systeem met een wisselende druk in een tweecellensysteem
23/39
Advertenties
Inhoudsopgave
