Bediening
3-6
32 Controlelampje – Laadfunctie
Let op!
Brandt het controlelampje bij draaiende motor:
De motor onmiddellijk uitzetten en
Oorzaak door een geautoriseerde werkplaats laten verhelpen.
Een brandend controlelampje bij draaiende motor duidt op een defect aan de generator of
een defect in de laadstroombaan van de generator. De accu wordt niet meer opgeladen.
33 Controlelampje - Motoroliedruk
Let op!
Brandt het controlelampje bij draaiende motor:
De motor onmiddellijk uitzetten en
Opnieuw het juiste oliepeil instellen.
Indien het controlelampje brandt bij draaiende motor, wijst dit op een te lage oliedruk in de
carter. Als de motor blijft draaien bij lage oliedruk, dan kan dit leiden tot schade.
34 Controlelampje luchtfilter verstopt
Let op!
Brandt het controlelampje bij draaiende motor:
Motor onmiddellijk uitzetten, minstens 10 minuten wachten en
Luchtfilter controleren; indien nodig
Luchtfilterpatroon vervangen.
Het oplichten bij draaiende motor duidt op inefficiëntie van het luchtaanzuigsysteem.
Luchtfilterpatroon is verstopt.
35 Controlelampje oliefilter verstopt
Let op!
Brandt het controlelampje bij draaiende motor:
Motor onmiddellijk uitzetten, minstens 10 minuten wachten en
Oliefilter op retour controleren en eventueel
Filterpatronen van de hydraulische olie in de retour vervangen.
Het oplichten bij draaiende motor duidt op inefficiëntie van het oliedynamische systeem.
Filterpatronen van de hydraulische olie in de retour zijn verstopt.
38 Bedrijfsurenteller
Telt de motorbedrijfsuren bij draaiende motor.
BA DT15 nl - Editie 1.5 ** dt15b320.fm