IM R19 SA LITHIUM
Rijden op hellingen
•
Rijd de machine niet omhoog of omlaag op ondergronden met een hellingshoek van meer dan 18° (32%).
•
Tijdens het rijden op zijwaartse hellingen moet u de rupsbanden (indien voorzien door de configuratie
van de machine) zoveel mogelijk verbreden om de stabiliteit te verhogen en de laagste stabilisatoren tot
vlakbij het terrein laten zakken. Rijd met de machine niet op zijwaartse hellingen met een grotere
hellingshoek dan 11° (19%).
Tijdens het rijden wordt de hellingshoek van de wagen constant onder controle gehouden en een pre-
alarm en een alarm worden geactiveerd als de veiligheidslimieten worden bereikt.
Pre-alarm
Als de hellingshoek van de wagen groter is dan 10° over de lengte en/of 6° over de
breedte, gaat een pre-alarm af, in de vorm van:
•
een hoogfrequent geluidsalarm
•
een lichtalarm: het oranje controlelampje L4. op het bedieningspaneel gaat branden met
dezelfde regelmaat als het geluidsalarm
•
de rijsnelheid van de machine wordt automatisch verlaagd.
Alarmen
Als de hellingshoek van de wagen groter is dan 18° over de lengte en/of 11° over de
breedte, gaat een alarm af in de vorm van:
•
een laagfrequent geluidsalarm
•
een lichtalarm: het oranje controlelampje L4. op het bedieningspaneel gaat branden met
dezelfde regelmaat als het geluidsalarm
•
het rijden van de machine wordt automatisch geblokkeerd.
Override
In geval van een alarm met blokkering van het rijden, kan de bestuurder het alarm voor
een beperkte tijd omzeilen om de machine uit de situatie van overmatige helling te laten.
Om deze functie te activeren, houdt u de aan/uit-knop van de machine 5 seconden
ingedrukt. De akoestische en visuele signaalverandering geeft de overgang aan van de
alarmsituatie naar de hierboven beschreven pre-alarmsituatie.
Op dit punt heeft u 30 seconden om met verminderde snelheid te manoeuvreren en de
configuratie van overmatige helling te verlaten.
GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
18°
11°
86