5 In bedrijf nemen met de display- en bedieningsmodule
Voorinstellingen
12
1
Fig. 7: Plaatsen van de display- en bedieningsmodule bij de tweekamerbehui-
zing
1
In de elektronicaruimte
2
In aansluitruimte
Opmerking:
Indien u naderhand het instrument met een display- en bedienings-
module voor permanente meetwaarde-aanwijzing wilt uitrusten, dan
is een verhoogd deksel met venster nodig.
5.2
Parametrering - snelinbedrijfname
Om de sensor snel en vereenvoudigt op de meettaak aan te passen,
kiest u in het startvenster van de display- en bedieningsmodule het
menupunt "Snelinbedrijfname".
Voer de volgende stappen in de hierna aangegeven volgorde uit.
De "Uitgebreide bediening" vindt u in de handleiding VEGADIF 85.
Meetplaatsnaam
In het eerste menupunt kent u een passende naam aan het meetpunt
toe. Toegestaan zijn namen met maximaal 19 tekens.
Toepassing
In dit menupunt kiest u de toepassing. De keuze omvat niveau-, flow-,
drukverschil-, dichtheids- en scheidingslaagmeting.
Eenheden
In dit menupunten bepaalt u de inregel- en temperatuureenheid en de
eenheid van de statische druk voor het instrument. Afhankelijk van de
gekozen toepassing in het menupunt "Toepassing" staan verschillen-
de inregeleenheden ter beschikking.
VEGADIF 85 • Modbus- en Levelmaster-protocol
2