Modus:
Met de Modus-knop kunt u het systeem laten schakelen tussen de aardemodus en de gewas-
modus. In de aardemodus kunnen de sensoren de hoogte meten vanaf de spruitdoppen tot op
de grond; in de gewasmodus daarentegen wordt de hoogte van de spruitdoppen tot bovenaan
het bladerdek van het gewas gemeten. Meer informatie over de gewas- en aardemodus vindt u
in Paragraaf 7.4.
Doelhoogte:
De doelhoogte is de hoogte waarop de spuitboom tijdens het spuiten moet zijn ingesteld.
Wanneer de bediening wordt uitgevoerd in aardemodus, wordt de doelhoogte vanaf de
spuitdoppen tot aan de aarde gemeten.
bladerdek van het gewas tot aan de spuitdoppen gemeten.
Tippen:
Sommige veldspuits beschikken over de mogelijkheid om de tippen van de spuitbomen te
vouwen en alleen te sproeien met de binnenste secties van de spuitboom. Als uw veldspuit over
deze mogelijkheid beschikt en is uitgerust met een vijfsensorensysteem (Zware-terreinkit;
raadpleeg Paragraaf 13.1), schakelt u dit selectievakje niet in als u met de uiteinden
ingevouwen sproeit (Tippen uit).
In Tippen uit zijn de twee buitenste sensoren op de vleugels uitgeschakeld en worden alleen de
binnenste vleugelsensoren gebruikt voor de hoogteregeling.
Het selectievakje is standaard ingeschakeld (Tippen aan) en wordt telkens opnieuw
ingeschakeld als de stroom uit- en ingeschakeld wordt. Als u met de volledige spuitboom wilt
sproeien, moet het selectievakje ingeschakeld worden (Tippen aan) om opnieuw te werken met
de buitenste sensoren.
Reactie (snelheid) heffen:
De ingestelde reactietijd van de hefinrichting bepaalt de reactietijd van de hefinrichting op de
sensormetingen. U kunt de reactietijd van de hefinrichting instellen van 0 tot 5. Stand 1 is
langzaam en stand 5 geeft de kortste reactietijd. Bij een reactietijd van 0 wordt de regeling van
de hefinrichting uitgeschakeld. Een langere reactietijd van de hefinrichting kan voordelig zijn bij
ongelijke gewassen om te voorkomen dat de boom onnodige bewegingen maakt.
reactietijd van nul kan voordelig zijn bij hoge gewassen, waarbij het gewas onder het
hoofdframe wordt geduwd om te voorkomen dat het middengedeelte te ver omhoog gaat.
Instelling
0
1
5
In gewasmodus wordt de doelhoogte vanaf het
Reactie van hoofdlift:
Uit
Langzaamste reactie
Snelste reactie
Situatie
Hoge gewassen
Ongelijke gewassen
Modus voor gelijke gewassen & bodem
Een
11