Handmatige instellingen
U kunt de instellingen van het klimaat‐
regelsysteem als volgt met de toetsen
en draaiknoppen veranderen.
Wanneer u een instelling verandert,
wordt de automatische modus
gedeactiveerd.
Luchtdebiet Z
Druk op de onderste knop om de
ventilatorsnelheid te verlagen of op
de bovenste knop om deze te verho‐
gen, zoals afgebeeld in de illustratie.
U herkent de aanjagersnelheid aan
het aantal segmenten op het display.
Wanneer u de onderste toets langer
indrukt: de aanjager en koeling
worden uitgeschakeld.
Wanneer u de bovenste toets langer
indrukt: de aanjager draait met de
maximumsnelheid.
Automatische modus opnieuw
inschakelen: Toets AUTO indrukken.
Luchtverdeling s, M, K
Druk op de betreffende knop voor de
gewenste afstelling. De activering
wordt aangeduid door de LED in de
toets.
Klimaatregeling
s : naar de voorruit en de voorste
zijruiten.
M : naar hoofdhoogte via de verstel‐
bare luchtroosters.
K : naar de voetenruimte.
Alle combinaties zijn mogelijk.
Automatische modus opnieuw
inschakelen: toets AUTO indrukken.
Koeling n
Druk op toets n om koeling in te
schakelen. De activering wordt
aangeduid door de LED in de toets.
Koeling werkt alleen bij een draai‐
ende motor en ingeschakelde aanja‐
ger van de klimaatregeling.
157