Fig. 7.1
FRAMEMAAT
MIN INBRENG (mm)
MAX INBRENG (mm)
MINIMALE INBRENG (A)
De zadelpen moet voldoende diep in het frame worden aangebracht zodat de minimale
inbrenglengte/maximale extensie (min/max) markering (C) op de zadelpen niet zichtbaar is.
Het frame vereist een minimale inbrenglengte van 80 mm (A).
MAXIMALE INBRENG (B)
De zadelbuis wordt geruimd tot een bepaalde maximale inbrengdiepte voor elke framemaat.
Deze insteekdiepte begrenst de inbrengdiepte van de zadelpen. Raadpleeg de tabel in Fig. 7.1.
Als de gewenste zadelhoogte niet bereikt kan worden binnen de minimale en maximale
inbrenglengtes, vervang de zadelpen door een kortere of langere zadelpen.
Na het bepalen van de zadelhoogte draait u de inbegrepen zadelklembout aan tot 6,2 Nm/55 in-lbf.
TECHNISCHE TIP: De gespecificeerde insteekdieptes zijn vermeld in de
tabel van Fig. 7.1. De tolerantie van de insteekdiepte kan van frame tot frame
verschillen. Installeer een gewone 30,9 zadelpen in de zadelbuis om de
werkelijke insteekdiepte van het frame te verifiëren.
WAARSCHUWING! Het niet volgen van de inbrenglengte van de zadelpen kan
het frame en/of de zadelpen beschadigen. Hierdoor kunt u de controle over
de fiets verliezen en vallen.
Wanneer de zadelpen wordt ingekort, kunnen de min/max-markeringen op
de zadelpen niet langer correct zijn. Voordat u de zadelpen inkort, dient u
eerst de min/max-inbrenglengte te noteren.
WAARSCHUWING! Voor algemene instructies over het monteren van de
zadelpen verwijzen we naar de desbetreffende sectie in de Gebruiksaanwijzing.
Het fietsen met een verkeerd vastgezette zadelpen kan het omlaag schuiven
van het zadel en de zadelpen veroorzaken, waardoor het frame beschadigd kan
raken en u de controle over uw fiets kunt verliezen en vallen.
13
S
M
L
80
80
80
200
260
260
WAARSCHUWING! Inspecteer de zadelpen en zadelbuis om uzelf ervan te
verzekeren dat er geen braampjes of scherpe randen op het metaal zitten.
XL
Verwijder de scherpe randen en maak het oppervlak glad met schuurpapier.
80
7.3 . DERAI LLEUR-/VOR KEINDEH ANGER
260
Niet-enviolo Internal Geared Hub (IGH)-uitgeruste Vado-modellen zijn voorzien van een
Amazinger 2.1 derailleurhanger die direct op het achterste vorkeinde is gemonteerd.
enviolo IGH-uitgeruste Vado-modellen hebben verstelbare vorkeindehangers aan de linker- en
rechterkant waarop de enviolo interne tandwielnaaf is gemonteerd. Deze vorkeindehangers
regelen de spanning van de riem en de uitlijning van het achterwiel.
Niet-enviolo IGH-uitgeruste Vado-modellen zijn niet compatibel met een
enviolo IGH.
7.4. SNELH EI DS SENSOR
De Vado is voorzien van een snelheidssensormagneet die zich op het raakvlak van de
achternaaf en het display van de schijfremrotor bevindt en met behulp van een rotor met 6
bouten (A) of een Centerlock
Vuil en/of metaaldeeltjes kunnen zich op de snelheidssensormagneet ophopen. Een
overmatige ophoping kan leiden tot onderbrekingen in de motorondersteuning en/of
verkeerde snelheidsmetingen.
Controleer regelmatig uw snelheidssensormagneet op ophoping van vuil en/of
metaaldeeltjes en reinig indien nodig (A-B). De reinigingsfrequentie is afhankelijk van de
fietsomstandigheden en -frequentie en/of het remblokjesmateriaal. Het verwijderen van de
metaaldeeltjes kan het gebruik van een magneet sterker dan de snelheidssensormagneet
vereisen.
(B)-versie is vastgemaakt.
TM