8.
Als u een probleem ondervindt tijdens
de test, verschijnt een melding met
de foutcode en een beschrijving van
het probleem. Noteer de foutcode en
een beschrijving van het probleem en
neem contact op met Dell (zie "Contact
opnemen met Dell" op pagina 72).
OPMERKING: Het servicelabel voor de
computer bevindt zich bovenaan elk
testvenster. Met het servicelabel kan
de computer geïdentificeerd worden
wanneer u contact opneemt met Dell.
9.
Zodra de tests zijn voltooid, sluit u het
testscherm om terug te keren naar het
venster Choose An Option.
10.
Als u het Dell-diagnoseprogramma wilt
verlaten en de computer opnieuw wilt
starten, klikt u op Exit (Afsluiten).
11.
Verwijder de schijf
Drivers and Utilities.
Ondersteuningshulpprogramma's gebruiken
55