Het radarbereik aanpassen
Het bereik van het radarsignaal geeft de lengte van het
impulssignaal aan dat door de radar wordt verzonden en
ontvangen. Als het bereik groter wordt, zendt de radar langere
pulsen uit om verre objecten te kunnen bereiken. Objecten die
dichterbij zijn, zoals vooral regen en golven, weerkaatsen ook
de langere pulsen en dat geeft ruis op het radarscherm. Als
informatie over objecten die zich verder weg bevinden op het
scherm wordt weergegeven, is er minder ruimte op het scherm
beschikbaar voor het weergeven van informatie over objecten
die zich dichterbij bevinden.
• Selecteer
om het bereik te verkleinen.
• Selecteer
om het bereik te vergroten.
Tips voor het selecteren van een radarbereik
• Bepaal eerst welke informatie u op het radarscherm wilt
kunnen bekijken.
Wilt u bijvoorbeeld informatie over het weer of informatie over
objecten en scheepsverkeer dichtbij, of hebt u meer aan
informatie over weersomstandigheden verder weg?
• Evalueer de omstandigheden van de omgeving waarin u de
radar gaat gebruiken.
Vooral bij zeer slechte weersomstandigheden kunnen
radarsignalen met een lang bereik het radarscherm
onoverzichtelijker maken, waardoor het lastiger wordt om de
informatie over objecten in de onmiddellijke nabijheid van uw
schip goed te kunnen interpreteren. Bij regen kunt u met
radarsignalen met een kort bereik objecten in de buurt
duidelijker zien, mits de instelling voor regenruis optimaal is
geconfigureerd.
• Selecteer het kortste effectieve bereik voor de radar,
gebaseerd op de reden van uw gebruik van de radar en de
op dat moment geldende omstandigheden.
De zoomschaal op het radarscherm
aanpassen
De radarzoomschaal (ook radarsignaalbereik genoemd) geeft
de afstand van uw positie (het midden) tot aan de buitenste rand
van de cirkel weer.
Selecteer op een radarscherm
Elke ring vertegenwoordigt een gelijk deel van de
zoomschaal.
Als bijvoorbeeld de zoomschaal is ingesteld op 3 mijl, is elke
ring gelijk aan 1 mijl verder uit het midden.
Een waypoint op het radarscherm markeren
1
Selecteer op een radarscherm of de radaroverlay een locatie.
2
Selecteer Nieuw via-punt.
De modus Wachtpost
In de modus Wachtpost gaat de radar op bepaalde tijden over
op transmissie. U kunt zo een transmissie/stand-bycyclus
configureren en daarmee stroom besparen. In deze modus kunt
u ook een bewakingszone inschakelen. Deze zone is het veilige
gebied rond uw boot. Wanneer de radar een object oppikt dat de
zone binnengaat, wordt u door middel van een
waarschuwingssignaal gewaarschuwd. De modus Wachtpost
werkt bij sommige Garmin GMR radarmodellen.
Gepland zenden inschakelen
Selecteer vanuit het wachtpostscherm Menu > Stel
wachtpost in > Gepland uitzenden > Aan.
De tijd voor stand-by en zenden instellen
Voordat u de stand-bytijd en zendtijd kunt instellen, moet u eerst
gepland zenden inschakelen
pagina
25).
Radar
of
.
(Gepland zenden inschakelen,
U kunt stroom besparen door de stand-bytijd en zendtijd zo in te
stellen dat er alleen op bepaalde tijden radarsignalen worden
uitgezonden.
1
Selecteer vanuit het wachtpostscherm Menu > Stel
wachtpost in.
2
Selecteer Stand-bytijd.
3
Geef het tijdinterval op tussen het verzenden van de
radarsignalen.
4
Selecteer Verzendtijd.
5
Voer de duur in van ieder radarsignaal.
Een bewakingszone inschakelen
Selecteer vanuit het wachtpostscherm Menu > Stel
wachtpost in > Bewakingszone inschakelen.
Een cirkelvormige bewakingszone inschakelen
Voordat u de grenzen van de zone kunt bepalen, moet u eerst
een bewakingszone inschakelen
inschakelen, pagina
25).
U kunt een cirkelvormige bewakingszone definiëren die uw boot
volledig omsluit.
1
Selecteer vanuit het wachtpostscherm Menu > Stel
wachtpost in > Verplaats bewakingszone > Verplaats
radarbewakingszone > Cirkel.
2
Selecteer de locatie van de cirkel van de buitenste
bewakingszone.
3
Selecteer de locatie van de cirkel van de binnenste
bewakingszone om de breedte van de bewakingszone te
bepalen.
Een gedeeltelijke bewakingszone inschakelen
U kunt ook de grenzen opgeven van een bewakingszone die uw
boot niet volledig omsluit.
1
Selecteer vanuit het wachtpostscherm Menu > Stel
wachtpost in > Verplaats bewakingszone > Verplaats
radarbewakingszone > Hoek 1.
2
Versleep de hoek van de buitenste bewakingszone
3
Selecteer Hoek 2.
4
Tik op hoek
van de binnenste bewakingszone om de
breedte van de bewakingszone te bepalen.
Een lijst met AIS-gevaren weergeven
Op een radarscherm of de radaroverlay kunt u een lijst met AIS-
gevaren weergeven en de weergave aanpassen.
Selecteer op een radarscherm of de radaroverlay Menu >
Overige schepen > AIS-lijst.
AIS-schepen op het radarscherm weergeven
AIS werkt alleen als er een extern AIS-toestel en signalen van
een actieve transponder van andere schepen worden gebruikt.
U kunt instellen hoe andere schepen op het radarscherm
moeten worden weergegeven. Als u een instelling voor één
radarmodus wijzigt, worden de nieuwe instellingen ook op alle
andere radarmodi toegepast (met uitzondering van de instelling
Bereik AIS-weergave). De details en instellingen van de
(Een bewakingszone
.
25