Inhoudsopgave
Advertenties
Digitale ingangen
•
IN1: starten/stoppen motor
•
IN2: starten/stoppen motor of verwisseling van de set-waarde 1 - 2 *
* enkel in de regelmodus: constante waarde 2 waarden.
Het wordt geadviseerd om spanningsvrije contacten te gebruiken.
De digitale ingangen kunnen geconfigureerd worden als maakcontacten (N.O.) of verbreekcontacten (N.C.). Raadpleeg het
hoofdstuk over de programmering.
Het wordt geadviseerd om reeds geïsoleerde adereindhulzen te gebruiken.
Gebruik afgeschermde kabels en zorg ervoor dat de afscherming met de EMC-clips geaard blijft.
Digitale uitgangen (relais)
NO1, COM1: status motor, contact gesloten bij werkende motor.
NC1, COM1: status motor, contact gesloten bij gestopte motor.
NO2, COM2: status alarm, contact gesloten zonder alarm.
NC2, COM2: status alarm, contact gesloten bij alarm of zonder voeding.
De relais zijn spanningsvrij. Toepasbare maximumspanning 250 V en 2 A.
Het wordt geadviseerd om reeds geïsoleerde adereindhulzen te gebruiken.
Gebruik afgeschermde kabels en zorg ervoor dat de afscherming met de EMC-clips geaard blijft.
Serieel COMBO:
S1+, S1-, G
Het wordt geadviseerd om de polariteit na te leven bij meerdere MIDA's (maximaal 8) op elkaar aan te sluiten.
Het wordt geadviseerd om reeds geïsoleerde adereindhulzen te gebruiken.
Gebruik afgeschermde kabels en zorg ervoor dat de afscherming met de EMC-clips geaard blijft.
Serieel MODBUS RTU:
S2+, S2-, G
Het wordt geadviseerd om de polariteit na te leven.
Het wordt geadviseerd om reeds geïsoleerde adereindhulzen te gebruiken.
Gebruik afgeschermde kabels en zorg ervoor dat de afscherming met de EMC-clips geaard blijft.
12
Advertenties
Inhoudsopgave
