Kalibratie Met Referentiedruk (Natte Kalibratie = Kalibratie Met Medium) - Endress+Hauser Cerabar PMP23 Beknopte Handleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor Cerabar PMP23:
- Beknopte handleiding (4 pagina's) ,
- Beknopte handleiding (2 pagina's) ,
- Beknopte handleiding (24 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Inbedrijfname
9.3.2
Kalibratie met referentiedruk (natte kalibratie = kalibratie met medium)
Voorbeeld:
In dit voorbeeld, wordt een instrument met een 400 mbar (6 psi) sensor geconfigureerd voor
meetbereik 0 ... 300 mbar (0 ... 4,4 psi).
De volgende waarden moeten worden ingesteld:
• 0 mbar = 4 mA waarde
• 300 mbar (4,4 psi) = 20 mA waarde
Voorwaarde:
De drukwaarden 0 mbar en 300 mbar (4,4 psi) kunnen worden gespecificeerd. Het instrument
is bijvoorbeeld al geïnstalleerd.
Vanwege de inbouwpositie van het instrument, kunnen drukverschuivingen in de
meetwaarde aanwezig zijn, d.w.z. de meetwaarde is niet nul in drukloze toestand. Voor
informatie over het uitvoeren van de positie-instelling, zie het hoofdstuk "Uitvoeren
positie-instelling" → 21.
Voor een beschrijving van de genoemde parameters en mogelijke foutmeldingen, zie de
bedieningshandleiding.
Uitvoeren van de configuratie
1.
Kies een drukeenheid, hier bijvoorbeeld "bar", via de parameter Unit changeover (UNI).
2.
De druk voor de LRV (4 mA waarde) is actief op het instrument, hier bijvoorbeeld 0 bar
(0 psi). Kies de parameter Pressure applied for 4mA (GTL). De keuze wordt bevestigd
door "Get Lower Limit" te bedienen.
De aanwezige drukwaarde is toegekend aan de aanvangsstroomwaarde (4 mA).
3.
De druk voor de URV (20 mA waarde) is actief op het instrument, hier bijvoorbeeld
300 mbar (4,4 psi). Kies de parameter Pressure applied for 20mA (GTU). De keuze
wordt bevestigd door "Get Lower Limit" te bedienen.
De aanwezige drukwaarde is toegekend aan de eindstroomwaarde (20 mA).
Het meetbereik is geconfigureerd voor 0 ... 300 mbar (0 ... 4,4 psi).
20
Cerabar PMP23 IO-Link
Endress+Hauser
Advertenties
Inhoudsopgave
