Instructies voor veiligheidsgordels
•
Op de elektrische rolstoel gemonteerde
heupgordels of heupbanden (posturaal of
anderszins), mogen niet als veiligheidsgordel
worden gebruikt. Ook mag er niet op worden
vertrouwd dat deze de gebruiker in een rijdend
voertuig op zijn plaats houden
•
Gebruik altijd een 3-punts veiligheidsgordel om
de persoon in de rolstoel veilig te stellen
•
Zowel de heupgordel als de veiligheidsgordel
voor het bovenlichaam moet worden gebruikt om
de rolstoelgebruiker goed in de rolstoel geplaatst
te houden. Hierdoor wordt het risico dat hoofd en
borst in aanraking komen met onderdelen van het
voertuig, verminderd
•
Gordels moeten op de juiste plaats in de
auto worden bevestigd en moeten niet door
rolstoelonderdelen (zoals de armsteunen of de
wielen) van het lichaam worden afgehouden (zie
Fig. 5.6)
•
Tijdens vervoer in een elektrische rolstoel moet
een passende, goed gepositioneerde hoofdsteun
worden gebruikt.
Het aanbrengen van de veiligheidsgordel
•
Er moet een heupgordel laag over de voorzijde
van het bekken worden bevestigd, zodat deze
gordel een hoek maakt tussen 30° - 75° ten
opzichte van de horizontale lijn (Fig. 5.5)
•
Een grotere hoek binnen deze begrenzing heeft
de voorkeur (Fig. 5.5)
•
De gordel voor het bovenlichaam moet over
de schouder en diagonaal over de borst
worden gedragen, zoals op de afbeelding is
weergegeven (Fig. 5.5). Plaats de gordel niet
zoals weergegeven in Fig. 5.6
•
Gordels moeten zo strak mogelijk worden
geplaatst, maar moeten altijd comfortabel zijn
voor de gebruiker.
•
Veiligheidsriemen mogen tijdens gebruik niet
gedraaid zitten.
Gebruikershandleiding
Fig. 5.5 – juiste positie van driepuntsveiligheidsgordel
Fig. 5.6 – onjuiste positie van driepuntsveiligheidsgordel
27
magicmobility.com.au