Inhoudsopgave
Advertenties
-
P R O N T O
I N S TA L L AT I E H A N D L E I D I N G
G25/G20
geen bochten
2 bochten
3 bochten
4 bochten
5 bochten
■
■
= situatie is niet toelaatbaar
G25/G20
Situatie
A
B
C
D
6.5.3.2 Plaatsen concentrische systeem met dakdoorvoer
De dakdoorvoer kan zowel in een schuin dak als in een platdak uitmonden.
De dakdoorvoer kan geleverd worden met een plakplaat voor een plat dak dan wel met een universeel verstelbare
pan voor een schuin dak.
Plaats het concentrische systeem als volgt:
Let op - Houd een afstand van minimaal 50 mm aan tussen de buitenkant van het concentrische systeem en de wanden
en/of het plafond. Als het systeem wordt ingebouwd in bijvoorbeeld een koof, dient deze rondom uitgevoerd te
worden in onbrandbaar materiaal;
- Gebruik hittebestendig isolatiemateriaal bij doorvoer door brandbaar materiaal.
!Let op Sommige hittebestendige isolatiematerialen bevatten vluchtige componenten, die langdurig een onaangename geur
verspreiden; deze zijn niet geschikt.
95901302NL Install_G20.indd 9
95901302NL Install_G20.indd 9
Tabel 1: Voorwaarden voor afstellen toestel met dakdoorvoer
Totale aantal
Totale aantal meters verticale en/of schuine pijplengte
meters horizontale
1
2
pijplengte
B
B
0
A
A
0
A
1
2
3
4
5
A
A
0
A
1
2
3
4
5
A
A
0
A
1
2
3
4
5
-
Tabel 2: Voorwaarden voor afstellen van het toestel
Luchtinlaatgeleider
NEE
JA
JA
JA
3
4
5
6
7
8
B
C
C
C
D
D
B
B
B
C
C
C
A
B
B
B
C
C
A
A
B
B
B
C
A
A
B
B
B
A
A
B
B
A
B
B
B
C
C
A
A
B
B
B
C
A
A
A
B
B
B
A
A
A
B
B
A
A
A
B
A
A
B
B
B
C
A
A
A
B
B
B
A
A
A
A
B
B
A
A
A
A
B
A
A
A
A
Restrictieschuif
NEE
JA
JA
JA
9
10
11
12
D
D
D
D
D
D
D
D
C
D
D
C
C
C
C
D
D
D
C
C
D
C
C
B
C
C
D
D
C
C
C
B
C
B
Afstand restrictie in mm
OPEN
42
35
29
9
NL
2-2-10 14:18
2-2-10 14:18
Advertenties
Inhoudsopgave
