16 Plaatsen zoeken en opnemen
1
2
3
Gps-besturing
Als in TomTom NAVIGATOR een kaart of menu te zien is, gebruikt u de volgende
besturingselementen op de telefoon om te navigeren:
•
In de Rijweergave draait u aan het NAVIGATIEWIEL, of drukt u op NAVIGATIE
omhoog of omlaag om in of uit te zoomen.
•
In de Kaartbrowser drukt u op NAVIGATIE omhoog, omlaag, links of rechts om
de cursor te verplaatsen, en draait u aan het NAVIGATIEWIEL om in of uit te
zoomen.
•
Wilt u door items in een menu bladeren, draai dan aan het NAVIGATIEWIEL
of drukt op NAVIGATIE omhoog, omlaag, links of rechts. Selecteer een menu-
item en open het betreffende menu door op de ENTER-toets te drukken.
4
5
1
Deze Schaalbalk toont het afstandbereik op de
7
kaart gebaseerd op de huidige schaal.
2
Dit is uw huidige positie op de kaart. Tik op een
andere plek om naar een ander deel van de kaart
te gaan.
3
Tik om te kiezen welke items op de kaart worden
6
weergegeven, zoals nuttige plaatsen, favorieten,
straatnamen en meer.
4
Tik om specifieke adressen en nuttige plaatsen op
de kaart te vinden.
5
Dit is de Cursortoets. Tik om naar de cursorpositie
op de kaart te navigeren, een favoriet van de
cursorpositie te maken, of om een nuttige plaats
in de buurt van die positie te vinden, en meer.
6
Dit is de Zoombalk. Verander de schaal van de
kaart door de Zoombalk omhoog of omlaag te
verschuiven.
7
Tik om de kaart te centreren op uw huidige
positie.