136
7.15 Test uitvoeren
WAARSCHUWING
Risico op verwondingen als gevolg van
bewegende, snijdende en spitse delen!
Risico op beklemd raken tussen naald en
machine en op snijden of prikken aan de naald.
Schakel de machine uit voordat u de naalden
verwisselt, draad inrijgt, de grijperspoel plaatst,
en de draadregelaar voor onderdraad- en
bovendraadspanning instelt.
Na de opstelling een test uitvoeren om de functionaliteit van de
machine te controleren.
Stel de machine op basis van de eisen van het te verwerken
materiaal in.
Zo kunt u een test uitvoeren:
1.
naald inzetten ( P. 21).
2.
Onderdraad opwikkelen ( P. 38).
3.
Spoel inzetten ( P. 41).
4.
Onderdraad inrijgen ( P. 41).
5.
Bovendraad inrijgen ( P. 27).
6.
Draadspanning met betrekking tot het te verwerken materiaal
instellen ( P. 44).
7.
Draadregelaar met betrekking tot het te verwerken materiaal
instellen ( P. 50).
8.
Naaivoetdruk met betrekking tot het te verwerken materiaal
instellen ( P. 55).
9.
Hoogte van de naaivoetstand met betrekking tot het te
verwerken materiaal instellen ( P. 57).
10. Steeklengte instellen ( P. 62).
11. Toets Favorieten instellen ( P. 68).
12. Naaitest beginnen op lage snelheid.
13. Verhoog de snelheid geleidelijk tot de reguliere werksnelheid.
Bedieningshandleiding 867 - 03.0 - 02/2017
Opstelling