Bediening
Het in- en uitschakelen van de
afzuiging
Schakel de afzuiging in, zodra u begint
met koken. Hierdoor worden kook-
dampen vanaf het eerste moment waar-
genomen.
Voor lichte tot zware kookdampen, geu-
ren en warmte-ontwikkeling kunt u kie-
zen tussen de vermogensstanden 1 en
2.
Als de kookdampen, geuren of warmte-
ontwikkeling toenemen, verhoogt u de
vermogensstand.
Als er tijdelijk zeer veel kookdampen,
geuren of warmte-ontwikkeling ont-
staan, bijv. tijdens het aanbraden,
selecteert u de boosterstand B.
Schakel de afzuiging in door op de
toets 1, 2 of B te drukken.
Boosterstand terugschakelen
In de boosterstand B wordt het vermo-
gen van de afzuiging na 5 minuten au-
tomatisch verlaagd.
Naloop
Laat de afzuiging na het koken nog
enkele minuten werken.
De keukenlucht wordt gezuiverd van
eventueel nog aanwezige dampen en
geurtjes.
Resten in de dampkap en geurtjes die
hierdoor ontstaan worden voorkomen.
Afzuiging uitschakelen
Schakel de afzuiging uit met de
toets .
16
Kookplaatverlichting in- en uit-
schakelen
De kookplaatverlichting kunt u onafhan-
kelijk van de afzuiging in- en uitscha-
kelen.
Schakel de kookplaatverlichting aan
en uit met de verlichtingstoets .