5.1.3 Het toetsenbord
Het toetsenbord bestaat uit een alfanumeriek toetsenbord met specifieke
functietoetsen.
Nummer Functie:
1
Display
2
Alfanumeriek
toetsenbord
Cursortoetsen
3
←, ↑, →, ↓
4
Groene en rode
toets
Rood
5
'Sneltoetsen'
6
RS232 poort
7
Pinterpoort
Omschrijving:
Dotmatrix display. Geeft meetresultaten en
menu's weer.
Met het toetsenbord kunnen cijfers en de letters
van het alfabet worden ingevoerd.
Er zijn vier cursortoetsen voor het doorlopen van
de menu's, opties en functies.
Bedien deze toets voor het bevestigen van een
selectie en voor het uitvoeren van een opdracht.
Bedien deze toets voor het afbreken van een
opdracht.
Met deze toetsen worden op het scherm
getoonde functies geactiveerd.
De functies zijn afhankelijk van de functie van het
testapparaat op een bepaald moment. De toetsen
zijn aangeduid met pictogrammen boven of naast
de toetsen. Dit zijn dezelfde pictogrammen die in
het scherm verschijnen.
Communicatiepoort voor communicatie met pc of
barcodescanner.
Voor het afdrukken van gegevens op een
parallelle printer.
19
Rev 007