Inhoudsopgave
Advertenties
De CX-Box geeft geen Alarm-
(Waarschuwings-)code; bekijk de
compressoreenheid om de aard of
beschrijving van de gedetecteerde
Alarmtoestand vast te stellen.
De Alarmtoestand wordt automatisch gereset
wanneer de toestand lokaal op de compressor
wordt gereset.
3.11 Niveaus van sensorstoring
Als het ingestelde Alarm-
(Waarschuwings-)niveau voor een optionele
sensor wordt overschreden, geeft de CX-Box
een Alarmindicatie en een unieke Alarmcode
weer De Alarmtoestand wordt doorgegeven
aan de beheereenheid; de compressor blijft
'Beschikbaar' en blijft werken.
Als het ingestelde niveau Uitschakelen
(Afsluiten) voor een optionele sensor wordt
overschreden, lost de CX-Box de compressor
en wordt hij afgesloten.
De CX-Box geeft een indicatie Uitschakelen
en een unieke code Uitschakelen weer. De
toestand Uitschakelen wordt aan de
beheereenheid doorgegeven en de
compressor wordt 'Onbeschikbaar'.
Storingscodes
3.12 Sensorstoring
Als een sensorstoring wordt gedetecteerd
(voor sensoren die zijn ingeschakeld) lost de
CX-Box de compressor en wordt een
compressortoestand 'Afsluiten Uitschakelen'
weergegeven met een unieke storingscode.
Het overeenkomstige sensorscherm toont "- - -
- " streepjes.
Voor een 20 mA-type optionele sensor die
is ingesteld voor een 0 mA minimaal
signaalniveau kan een open circuit, geen
signaal, of storingstoestand niet worden
gedetecteerd.
Storingscodes
3.13 Storingingang (Opties)
Als een Alarm- (Waarschuwings-)ingang
wordt geactiveerd, geeft de CX-Box een
Alarmindicatie en een unieke Alarmcode weer.
De Alarmtoestand wordt doorgegeven aan de
beheereenheid; de compressor blijft
'Beschikbaar' en blijft werken.
Als de ingang Afsluiten (Uitschakelen)
wordt geactiveerd, lost de CX-Box de
compressor en wordt hij uitgeschakeld.
De CX-Box geeft een indicatie Uitschakelen
en een unieke code Uitschakelen weer. De
toestand Uitschakelen wordt aan de
beheereenheid doorgegeven en de
compressor wordt 'Onbeschikbaar'.
Storingscodes
3.14 Storingscodes:
Als een CX-Box een storing heeft, geeft de CX
een storingscode weer. De storingscode wordt
een item in het gebruikersmenu van het
operationele scherm. Als er meer dan een
'actieve' storing optreedt wordt elke storing
weergegeven als afzonderlijk item in het
gebruikersmenu. Druk op Omhoog of Omlaag
om alle actieve storingscodes te bekijken of
om het normale statusscherm te bekijken.
Storingscodes worden onderverdeeld in 'A:'
Alarm (Waarschuwing) en 'E:' Uitschakelen
Afsluiten.
De storingsstatussen, die door de
compressor worden geïnitieerd, worden
weergegeven als deel van het statusscherm
normale werking en genereren geen
storingscodes. Onderzoek de
compressoreenheid om de aard of
beschrijving van de gedetecteerde storing vast
te stellen.
Storingscodes van de controller van de CX-
Box:
E:0821
Kortsluiting of overstroom
gedetecteerd op de
hoofdcontrolleringang(en) T1.
Controleer analoge sensoren
of digitale ingangen.
E:0506
XPM-Ai4#1 Kortsluiting
module of overstroom
gedetecteerd.
E:0507
XPM-Ai4#2 Kortsluiting
module of overstroom
gedetecteerd.
E:0840
XPM-Ai4#1 communicatie
onderbroken of storing
module.
Metacentre CX Box
Pagina 9
Advertenties
Inhoudsopgave
