1.6
De koudwatermachine is voorzien van een winterregeling (toerenregeling
condensor ventilator) zodat ook bij lagere buitentemperaturen de installatie
kan blijven functioneren.
1.7
Om te voorkomen dat de gekoeldwaterleidingen, appendages en de platenwisselaar
in de koudwatermachine bevriezen, moet de installatie met 30% mono-ethyleenglycol
gevuld zijn. Hiermee is het gekoeld water beschermd tegen bevriezing tot een buiten-
temperatuur van -15°C.
1.8
Voor dit model is het niet noodzakelijk om een logboek bij te houden, omdat de
inhoud van het koelmiddel onder de 3 kg blijft.
8
Werking bij lage buitentemperaturen
Bevriezingsgevaar koelinstallatie bij buitenopstelling
Logboek