196
De automatische P-DDL flitser gebruiken
U kunt automatisch P-DDL-flitser enkel gebruiken met de flitsers
AF540FGZ, AF360FGZ, AF200FG en AF160FC.
De flitser activeert een voorflits vóór de eigenlijke flits en controleert de
kenmerken van het onderwerp (afstand, helderheid, contrast, eventueel
tegenlicht, enz.) met behulp van de sensor voor 77-segmentsmeting
van de camera. De flitsintensiteit van de eigenlijke flits wordt berekend
op basis van de met de voorflits verzamelde gegevens, zodat het mogelijk
wordt flitsopnamen te maken met een meer nauwkeurige belichting dan
normaal bij DDL-Auto mogelijk is.
1
Verwijder de flitsschoenbeschermer en bevestig de externe
flitser.
2
Zet de camera en de externe flitser aan.
5
3
Stel de externe flitsermodus in op [P-TTL].
4
Controleer of de externe flitser volledig is opgeladen en maak
een opname.
Wanneer de ingebouwde flitser gereed is (volledig opgeladen), brandt
b in de zoeker.
• Gedetailleerde gegevens, zoals de bedieningsmethode en de effectieve
flitsafstand zijn te vinden in de handleiding van de externe flitser.
• De flitser gaat niet af als het onderwerp helder genoeg is wanneer
de flitsinstelling op C of i staat. Daarom kan de flitser in sommige
gevallen niet geschikt zijn voor opnamen met daglichtsynchronisatie.
• Druk nooit op de knop E wanneer er een externe flitser is bevestigd op
de camera. De ingebouwde flitser botst dan tegen de externe flitser.
Als u beide flitsers tegelijk wilt gebruiken, schakel dan de functie
voor draadloos flitsen in of sluit beide flitsers op elkaar aan met
de verlengkabel. (p.201)