De duur van decompressiestops verlengen
•
Een langere oppervlakte-interval aanbevelen (attentiesymbool)
•
Attentiesymbool – Aanbeveling van langere oppervlakte-interval
Bepaalde patronen van meerdere duiken brengen een verhoogd risico op
decompressieziekte met zich mee, bijvoorbeeld duiken met korte oppervlakte-intervallen,
herhalingsduiken naar steeds grotere diepten, meerdere opstijgingen en veelvuldig duiken
op meerdere dagen. Als dergelijke patronen worden vastgesteld, wordt niet alleen het
decompressiealgoritme aangepast, maar kan via het attentiesymbool ook een langere
oppervlakte-interval worden aanbevolen.
9.2.2. Nultijdlimieten
De nultijdlimieten die voor de eerste duik naar één diepte (zie Tabel 9.1, "Nultijdlimieten
voor verschillende diepten (m)" en Tabel 9.2, "Nultijdlimieten voor verschillende diepten
(ft) ") door de duikcomputer worden weergegeven, zijn iets behoudender dan de uiterste
limieten volgens de US Navy-tabellen.
Tabel 9.1. Nultijdlimieten voor verschillende diepten (m)
Nultijdlimieten (min) voor verschillende diepten (m) voor de eerste duik
Diepte
(m)
P0/A0
9
--
12
124
15
72
18
52
21
37
24
29
27
23
30
18
33
13
36
11
39
9
42
7
45
6
Tabel 9.2. Nultijdlimieten voor verschillende diepten (ft)
Nultijdlimieten (min) voor verschillende diepten (ft) voor de eerste duik
Diepte
(ft)
P0/A0
30
--
40
120
50
69
60
50
70
36
80
28
48
Persoonlijke correctiefactor / hoogte-instelling
P0/A1
P0/A2
163
130
163
89
67
89
57
43
57
39
30
39
29
23
29
24
19
24
18
15
18
14
12
14
11
9
11
9
8
9
7
6
7
6
5
6
5
5
5
Persoonlijke correctiefactor / hoogte-instelling
P0/A1
P0/A2
160
127
160
86
65
86
56
41
56
38
29
38
29
22
29
23
19
23
van een serie
P1/A0
P1/A1
P1/A2
130
96
67
54
43
35
30
5
23
20
19
16
15
12
12
9
9
8
8
6
6
5
5
4
5
4
van een serie
P1/A0
P1/A1
P1/A2
127
92
65
52
41
34
29
25
22
20
19
15
P2/A0
P2/A1
130
96
75
67
54
45
43
35
29
30
25
21
23
20
15
19
16
12
15
12
9
12
9
7
9
8
6
8
6
5
6
5
4
5
4
4
5
4
3
P2/A0
P2/A1
127
92
73
65
52
43
41
34
28
29
25
20
22
20
15
19
15
11
P2/A2
P2/A2