Het afstellen van de rolstoel
De camberstand
De camberstand is op de fabriek op
2° afgesteld (Fig. 27). Meer of
minder camberstand kan bereikt
worden door het meer of minder
monteren van het aantal
camberringen (1). De ringen zijn
geplaatst tussen de onderkant van
de asplaat (2) en het frame (3). De
bouten (4) en moeren (5) dienen
verwijderd te worden (gebruik 10
mm ringsleutels). Monteer het
vereiste aantal camberringen en
draai de bevestigingsbouten en
moeren vast op een
aanhaalmoment van 8-10Nm.
Notitie:
Nadat u de camberstand veranderd
heeft, controleer dan altijd:
De toe- en uitspoor (Fig. 28, pagina
28)
De hoek van de balhoofdhuizen
(Fig. 36, pagina 34)
Dat beide assen in dezelfde positie
staan.
5
3
2
1
Fig. 27
2 7
4
GPV-LIJN Uitgave 3