7
Externe apparaten
USB-apparaat gebruiken
Via een USB-poort wordt een optioneel extern apparaat, zoals een USB-toetsenbord, -muis,
-schijfeenheid, -printer, -scanner of -hub, aangesloten op de computer of een optioneel
dockingproduct.
Voor bepaalde USB-apparatuur is extra ondersteunende software nodig. Deze wordt meestal met het
apparaat meegeleverd. Raadpleeg de instructies van de fabrikant voor meer informatie over
apparaatspecifieke software.
De computer heeft drie USB-poorten (twee USB-poorten en één combo eSATA-/USB-poort) die
ondersteuning bieden voor USB 1.0-, USB 1.1- en USB 2.0-apparaten. Als u meer USB-poorten wilt
toevoegen, sluit u een optionele hub of een optioneel dockingproduct aan.
USB-apparaat aansluiten
VOORZICHTIG:
beschadiging van de USB-connector te voorkomen.
Als u een USB-apparaat wilt aansluiten op de computer, sluit u de USB-kabel van het apparaat
▲
aan op de USB-poort.
Wanneer het apparaat is gedetecteerd, geeft het systeem dit aan met een geluidssignaal.
OPMERKING:
'Apparaatstuurprogramma installeren' weergegeven in het systeemvak rechtsonder op de taakbalk.
USB-apparaat verwijderen
VOORZICHTIG:
om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt.
VOORZICHTIG:
van de USB-connector te voorkomen.
Gebruik niet te veel kracht bij het aansluiten van een USB-apparaat, om
Wanneer u een USB-apparaat voor de eerste keer aansluit, wordt het bericht
Gebruik de volgende procedure voor het veilig verwijderen van een USB-apparaat,
Trek niet aan de kabel om een USB-apparaat los te koppelen, om beschadiging
USB-apparaat gebruiken
77