Hoofdstuk 2
Veilige modus voor het
invoeren van breedlopend A3-
papier
Als uw afdrukken op A3-papier horizontale
lijnen vertonen, gebruikt u mogelijk papier
met een langlopende vezel. Stel
A3 - kortvezelig in op Uit om het
probleem te voorkomen.
a
Druk op Menu.
b
Druk op s of t om Standaardinst.
weer te geven.
c
Druk op Standaardinst.
d
Druk op s of t om
A3 - kortvezelig weer te geven.
e
Druk op A3 - kortvezelig.
f
Druk op Uit.
g
Druk op Stop/Exit.
Opmerking
• Als u niet zeker weet welke papiersoort u
gebruikt, raadpleegt u de verpakking of de
fabrikant van het papier voor de
specificaties.
• Het afdrukken duurt langer als
A3 - kortvezelig is ingesteld op Aan.
22
Geschikt papier en
andere afdrukmedia
2
De afdrukkwaliteit kan worden beïnvloed
door het soort papier dat u in de machine
gebruikt.
Om de beste afdrukkwaliteit voor de gekozen
instellingen te realiseren, moet u de
papiersoort altijd instellen op het type papier
dat in de lade is geplaatst.
U kunt normaal papier, inkjetpapier (gecoat
papier), glanzend papier, transparanten en
enveloppen gebruiken.
Wij raden u aan om verschillende soorten
papier te testen alvorens een grote
hoeveelheid aan te schaffen.
Gebruik Brother-papier voor de beste
resultaten.
Wanneer u afdrukt op inkjetpapier (gecoat
papier), transparanten of glanzend papier,
moeten op het tabblad Normaal van de
printerdriver of voor de instelling
Papiersoort in het menu altijd de juiste
afdrukmedia zijn geselecteerd.
(Papiersoort uu pagina 21)
Wanneer u afdrukt op fotopapier van
Brother, plaatst u een extra vel van
hetzelfde fotopapier in de papierlade. U
vindt dit extra vel in de verpakking van het
papier.
Als u transparanten of fotopapier gebruikt,
dient u elk vel onmiddellijk te verwijderen;
dit om te voorkomen dat de vellen aan
elkaar plakken of vastlopen.
Raak het afgedrukte oppervlak van het
papier vlak na het afdrukken niet aan; de
inkt kan nog nat zijn en op uw vingers
vlekken.
2