GMT035 & GMT050 (inclusief TTC modellen)
3.3.5.1 Zagen van een boom of tak
Zaag geen bomen dikker dan 35 centimeter, dit kan leiden tot schade aan de velkop. De
omstandigheden van een boom, bijvoorbeeld bevriezing, kan de maximaal te zagen diameter
beperken. Let op de hellingshoek van de te zagen boom en houdt rekening met de windrichting.
Wordt er gebruik gemaakt van een machine welke radiografisch bestuurd wordt, dan dient de
machinist haaks op de valrichting van de velkop te staan. Houdt ten allen tijde zicht op de last en de
velkop.
Manoeuvreer naar een boom of tak. Zorg ervoor dat de velkop zich spanningsvrij kan positioneren
tijdens het dicht klemmen.
Tijdens het zaagproces moet de kraan niet bediend worden. Dit kan ervoor zorgen dat het zaagblad
klemt en eventueel verbuigt. Houdt rekening met hetgeen wat gezaagd gaat worden.
De valrichting van de boom of tak zal de tilt-down richting van de velkop zijn. Uitgezonderd indien de
boom veel overhang heeft of andere factoren van invloed zijn zoals sterke wind, etc.
Grijper naar boom manouvreren
Wanneer het de bedoeling is dat de snede niet wordt voltooid, draai dan het
resterende deel eraf in plaats van te trekken.
Na het zagen wordt de last een hangende last voor de machine!!
Zaag functie
25
Gebruikershandleiding