Een belichtingsstand kiezen
Handmatige belichting (M)
Handmatige belichting (M)
De waarde die de camera voorstelt voor belichting kan worden gewijzigd
door zowel de sluitertijd als het diafragma in te stellen op waardes anders
dan A. M verschijnt in het scherm.
R Bij andere instellingen dan 180X kan de sluitertijd ook worden aangepast in stap-
pen van 1
/
3 LW door aan de instelschijf te draaien of (behalve in geavanceerde
fi ltermodus; P 63) door de keuzeknop naar links of rechts te drukken.
R De handmatige belichtingsweergave omvat een belichtingsindicator die aan-
geeft in hoeverre de afbeelding onder- of overbelicht zou zijn met de huidige
instellingen.
Belichtingsvoorbeeld
Belichtingsvoorbeeld
Om de belichting als voorbeeld op de LCD-monitor weer te geven,
selecteer AAN voor A SCHERM SET-UP > PRVW BELICH HAND..
Selecteer UIT bij gebruik van de fl itser of in andere situaties waarin de
belichting mogelijk kan veranderen wanneer de foto wordt gemaakt.
Lenzen zonder diafragmaring
Lenzen zonder diafragmaring
Als de lens niet is uitgerust met een diafragmaring kan de sluitertijd alleen worden gewijzigd door de keuzeknop
naar links of rechts te drukken. Sluitertijd kan niet worden gewijzigd in geavanceerde fi ltermodus (P 63).
40
Diafragmastanden-
schakelaar
3
2
1 1
0 0
1
2
3
M
2000
F5.6
200
3
2
1 1
0 0
1
2
3
2000
M
F5.6
200