(Systeemwachtwoord)
Password Changes
(Wachtwoordwijzigingen)
TPM Security (TPM-beveiliging)
CPU XD-ondersteuning
Computrace®
SATA-0 Password (SATA-0
wachtwoord)
Energiebeheer
AC Recovery (Voedingsherstel) Hiermee wordt aangegeven hoe de computer reageert als de stroomtoevoer weer wordt ingeschakeld na een stroomstoring.
U kunt AC Recovery (voedingsherstel) als volgt instellen:
Auto On Time (Tijd
Hiermee stelt u het tijdstip in waarop de computer automatisch wordt ingeschakeld.
automatische inschakeling)
De tijd wordt uitgedrukt in het standaardformaat van 12 uur (uren:minuten:seconden).
U kunt de inschakeltijd wijzigen door de waarden in het tijd- en AM/PM-veld te typen.
N.B.: Deze functie werkt niet als u de computer uitschakelt door middel van een schakelaar op de stekkerdoos of een
stroomstootbeveiliging of als Auto Power On (Automatisch ingeschakeld) is ingesteld op Disabled (Uitgeschakeld).
Low Power Mode (Modus met
Hiermee schakelt u de energiebesparende modus in of uit.
laag energieverbruik)
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Wanneer de modus met laag energieverbruik is ingeschakeld, wordt de geïntegreerde netwerkkaart uitgeschakeld wanneer
het systeem wordt afgesloten of zich in de slaapstand bevindt. Het systeem kan alleen op afstand worden opgestart door
Add-in NIC cards (Add-in-NIC-kaarten).
Remote Wake up (Opstarten
Hiermee kan de computer opstarten wanneer een geïntegreerde netwerkadapter een ontwaaksignaal ontvangt. U kunt
op afstand)
Remote Wakeup (Opstarten op afstand) als volgt instellen:
Suspend Mode (Slaapstand)
Hiermee kunt u de stand-bymodus voor energiebeheer als volgt instellen:
Fan Control Override
Hiermee stelt u de snelheid van de systeemventilator in.
(Modificatie ventilatorcontrole)
N.B.: Wanneer de ventilator is ingeschakeld, werkt deze op volle snelheid.
Onderhoud
Service Tag (Serviceplaatje)
Asset Tag (Inventaristag)
systeemwachtwoord toewijzen en verifiëren.
Deze optie is standaard niet ingeschakeld.
Hiermee schakelt u de mogelijkheid in of uit waarmee de gebruiker het systeemwachtwoord kan wijzigen zonder het
beheerderswachtwoord.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Hiermee schakelt u de TPM-beveiliging (Trusted Platform Module) in of uit.
U kunt de TPM-beveiliging als volgt instellen:
Deactivate (Deactiveren) (standaardinstelling)
l
Activate (Activeren)
l
Clear (Wissen)
l
N.B.: Als TPM Security (TPM-beveiliging) is ingesteld op Clear (Wissen), wist het System Setup(Systeeminstellingen)-
programma de gebruikersgegevens die in de TPM zijn opgeslagen.
Hiermee schakelt u de modus Execute Disable van de processor in of uit.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Hiermee schakelt u de optionele Computrace®-service voor het beheren van apparaten.
U kunt deze optie als volgt instellen:
Deactivate (Deactiveren) (standaardinstelling)
l
Disable (Uitschakelen)
l
Activate (Activeren)
l
Hier wordt de huidige status van het wachtwoord weergegeven dat is ingesteld voor de vaste schijf die op de connector
SATA-0 op het moederbord is aangesloten.
U kunt ook een nieuw wachtwoord instellen. Deze optie is standaard niet ingeschakeld.
N.B.: Het System Setup(Systeeminstellingen)-programma toont een wachtwoord voor elk van de vaste schijven die op
uw moederbord zijn aangesloten.
Power Off (Uitgeschakeld), (standaardinstelling)
l
Power On (Ingeschakeld)
l
Last State (Laatste status)
l
Disable (Uitschakelen) (standaardinstelling)
l
Enable (Inschakelen)
l
Enable with Boot NIC (Inschakelen met opstarten via netwerkadapter)
l
S1
l
S3 (standaardinstelling)
l
Hier wordt de servicetag van uw computer weergegeven.
Hier kunt u een inventaristag voor de computer maken als er nog geen inventaristag is ingesteld.
Deze optie is standaard niet ingeschakeld.