De kleur wordt aangepast zodat de kleurtint op het scherm dichter bij het afgedrukte resultaat ligt. Deze
instelling is beschikbaar als u [Kleur] selecteert bij [Kleurenmodus] (
documenten en kleurenmodus(P. 325) ).
●
Als [Kleurafstemming] is ingeschakeld, worden de instelling [Correctie van vervaging] (
aanpassen(P. 327) ) en de knoppen voor de helderheids- en kleurinstellingen (
aanpassen(P. 328) ) uitgeschakeld.
[Altijd automatisch tint aanpassen]
De kleurtint wordt automatisch aangepast. Deze instelling is beschikbaar als u [Kleur] of [Grijswaarden]
selecteert bij [Kleurenmodus].
[Monitorgamma]
U kunt het document weergeven met de juiste helderheid door de gammawaarde op te geven van het
computerscherm waarop het gescande beeld wordt weergegeven. Deze instelling wordt toegepast als u
[Kleur] of [Grijswaarden] selecteert bij [Kleurenmodus].
◼
[Tabblad [Scanner]
[Map voor tijdelijke bestanden]
Klik op [Bladeren] om de map voor het tijdelijk opslaan van een afbeelding te wijzigen.
[Geluidsinstellingen]
U kunt aangeven welke muziek of geluiden het apparaat moet afspelen tijdens het scannen of wanneer het
scannen is voltooid. Klik op [Bladeren] om een bestand dat moet worden afgespeeld, op te geven. De
volgende bestandsindelingen (extensies) worden ondersteund:
●
MIDI-bestanden (.mid/.rmi/.midi)
●
Audiobestanden (.wav/.aif/.aiff)
●
MP3-bestanden (.mp3)
[Muziek afspelen tijdens scannen]
Het opgegeven geluidsbestand wordt afgespeeld tijdens het scannen.
[Geluidssignaal na voltooiing scan]
Het opgegeven geluidsbestand wordt afgespeeld nadat de scan voltooid is.
[Scanner testen]
U kunt testen of de scanfunctie van het apparaat goed werkt. Als het [Scannerdiagnose] scherm opent, klikt u
op [Starten].
De machine als scanner gebruiken
Configureer de tijdelijke opslagbestemming van bestanden, het afspelen
van audiobestanden en andere instellingen.
334
Instellingen opgeven voor
Beeldkwaliteit
Helderheid en kleur