HET VAARTUIG BEREIKT ZIJN TOPSNELHEID NIET
7. O.P.A.S. zijvinnen gaan niet omhoog terwijl het vaartuig op snelheid is.
(modellen met verstelbare zijvinnen).
– Filter verstopt, ringen beschadigd, slangen lek of mechanische storing.
Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
8. O.P.A.S. zijvinnen gaan niet omlaag terwijl het vaartuig stationair draait.
(modellen met verstelbare zijvinnen).
– Veer in zijvin-cilinder gebroken. Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
MOTORTOERENTAL DAALT GELEIDELIJK EN MOTOR STOPT
1. Brandstof op.
– Hervullen.
2. Storing CPS-sensor.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
3. T.O.P.S. storing.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
STORINGEN O.P.A.S. SYSTEEM (modellen met verstelbare zijvinnen).
1. Vaartuig reageert gevoeliger dan normaal bij het draaien.
– Zijvinnen gaan niet omhoog terwijl het vaartuig snelheid maakt. Raadpleeg
een erkend Sea-Doo dealer.
2. Vaartuig trekt naar een kant.
– Eén zijvin gaat niet omhoog terwijl het vaartuig snelheid maakt. Raadpleeg
een erkend Sea-Doo dealer.
3. O.P.A.S. zijvinnen gaan niet omhoog terwijl het vaartuig snelheid maakt.
– Filter verstopt, ringen beschadigd, slangen lek of mechanische storing.
Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
4. O.P.A.S. zijvinnen gaan niet naar beneden terwijl de motor stationair
draait.
– Veer in zijvin-cilinder gebroken. Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
AANDRIJFSYSTEEM MAAKT ABNORMAAL GELUID
1. Wier of afval zit vast rond impeller.
– Reinigen en controleren op beschadigingen.
2. Impelleras of aandrijfas beschadigd.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
3. Water binnengedrongen in jetpomp waardoor lager is vastgelopen.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
WATER AANGETROFFEN IN RUIM
1. Het ruim werd niet geledigd, toen het vaartuig uit het water werd
gehaald.
– Laat het ruim leeglopen wanneer het vaartuig uit het water is.
______________________
94