e_kb474.book Page 97 Tuesday, October 27, 2009 3:32 PM
Belichting instellen
Effect van diafragma en sluitertijd
De juiste belichting is een kwestie van de juiste combinatie sluitertijd-diafragma.
Er zijn in elke situatie tal van correcte sluitertijd-diafragmacombinaties
mogelijk, die telkens weer een ander resultaat opleveren.
Effect van sluitertijd
Met het wijzigen van de sluitertijd kunt u bepalen hoe tijd wordt uitgedrukt
in de opnamen die u maakt. In tegenstelling tot het beeld dat het blote oog
vangt, kan in een opname een fractie van een seconde, maar ook een heel
tijdsverloop worden vastgelegd, zodat de opname een heel andere
uitstraling krijgt.
Gebruik van de functie b (Sluit. voorkeuze).
Een langere sluitertijd kiezen
Als het onderwerp beweegt, wordt de
opname onscherp omdat de sluiter langer
open blijft.
Het is mogelijk het effect van beweging
(bijvoorbeeld een rivier, een waterval
of golven) te verbeteren door met opzet
een langere sluitertijd te kiezen.
Een kortere sluitertijd kiezen
Bij keuze van een kortere sluitertijd kan
de actie van een bewegend onderwerp
worden bevroren.
Een kortere sluitertijd helpt
camerabeweging te voorkomen.
Effect van diafragma
Met het wijzigen van het diafragma bepaalt u de diepte van het gebied
dat op een opname scherp wordt weergegeven (de scherptediepte).
Door scherp te stellen op een punt dat u wilt benadrukken, of juist scherp
te stellen op een groot gebied, kunt u grote invloed uitoefenen op de
uitstraling van de opname.
Gebruik de functie c (Diafragmavoorkeuze).
97
4