Problemen oplossen
Schakel de functie Paginabeveiliging uit.
1
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
Druk op de pijltoetsen tot Instellingen wordt weergegeven en druk op
2
Druk op de pijltoetsen tot Algemene instellingen wordt weergegeven en druk op
3
Druk op de pijltoetsen tot Afdrukherstel wordt weergegeven en druk op
4
Druk op de pijltoetsen tot Paginabeveiliging wordt weergegeven en druk op
5
Druk op de pijltoetsen tot Uit wordt weergegeven en druk op
6
Taak wordt afgedrukt vanuit de verkeerde lade of op het verkeerde papier
Controleer de instelling voor papiersoort.
Zorg dat de instelling voor papiersoort overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.
Er worden verkeerde tekens afgedrukt
Zorg dat de printer zich niet in de modus Hex Trace bevindt. Als Gereed Hex op het display wordt
weergegeven, dient u de modus Hex Trace te verlaten voordat u de taak kunt afdrukken. Schakel de printer
uit en weer in om de modus Hex Trace uit te schakelen.
Laden koppelen lukt niet
Plaats in iedere lade papier van hetzelfde formaat en dezelfde soort
1
Plaats in iedere lade papier van hetzelfde formaat en dezelfde soort.
2
Schuif de papiergeleiders naar de juiste positie voor het papierformaat dat in iedere lade is geplaatst.
Controleer of de instellingen voor papierformaat en papiersoort voor elke lade hetzelfde zijn
1
Druk een pagina met menu-instellingen af en vergelijk de instellingen voor iedere lade.
2
Pas de instellingen indien nodig aan in het menu Papierformaat/-soort.
Opmerking: Het papierformaat kan niet automatisch worden vastgesteld met de papierbronnen, laden of
laders. U moet het formaat instellen via het menu voor papierformaat en -soort op het bedieningspaneel
van de printer of via de Embedded Web Server.
.
.
120
.
.
.
.