Inhoudsopgave
Advertenties
2. WERKWIJZE VOOR DE MONTAGE
Het is zeer belangrijk om in de opgegeven volgorde
te werk te gaan bij de montage van de Triple
Flow-P schouw:
1.
Aslijn bepalen met (laser)schietlood
2.
Muursteun en bodemelement plaatsen
3.
Condensafloop aansluiten
5
Werkwijze voor de montage
4.
Triple Flow-schouw monteren
5.
Dakelement plaatsen
Het is zeer belangrijk om in de opgegeven volgorde te werk te gaan bij de montage
6.
Toestellen aansluiten
van de Triple Flow-P schouw:
7.
Brandklep plaatsen
1
Aslijn bepalen met (laser)schietlood
2
Muursteun en bodemelement plaatsen
8.
Garanties
3
Condensafloop aansluiten
4
Triple Flow-schouw monteren
2.1. ASLIJN BEPALEN
5
Dakelement plaatsen
Bekijk vanaf de dakdoorgang de exacte aslijn. Zet
6
Toestellen aansluiten
deze uit met een (laser)schietlood.
7
Brandklep plaatsen
8
Garanties
2.2. MUURSTEUN EN BODEMELEMENT PLAATSEN
5.1
Aslijn bepalen
Plaats het bodemelement op een vlakke muur of
muursteun loodrecht onder de dakdoorgang.
Bekijk vanaf de dakdoorgang de exacte aslijn. Zet deze uit met een (laser)schietlood.
• Het inspectieluik moet altijd toegankelijk blijven
5.2
Muursteun en bodemelement plaatsen
voor reiniging en visuele controle van de Triple
Flow-P.
Plaats het bodemelement op een vlakke muur of muursteun loodrecht onder de
• Indien het bodemelement op een muursteun
dakdoorgang.
wordt gemonteerd, dan moet u dit zodanig in de
(*) Het inspectieluik moet altijd toegankelijk blijven voor reiniging en visuele
muur verankeren dat het volledige gewicht van
controle van de Triple Flow-P.
de schouw probleemloos wordt overgedragen
(*) Indien het bodemelement op een muursteun wordt gemonteerd, dan moet
naar de dragende wand.
u dit zodanig in de muur verankeren dat het volledige gewicht van de
• U kunt het bodemelement vooruit of achteruit
schouw probleemloos wordt overgedragen naar de dragende wand.
schuiven m.b.v. de sleufgaten (Figuur 3).
(*) U kunt het bodemelement vooruit of achteruit schuiven m.b.v. de
sleufgaten (Figuur 3).
Figuur 3
!
De bijkomende muurbeugels op verdiepingsniveaus zijn niet ontworpen om
de verticale kracht te dragen.
! De bijkomende muurbeugels op
verdiepingsniveaus zijn niet ontworpen om de
verticale kracht te dragen.
Figuur 3
5.3
Condensafloop aansluiten
2.3. CONDENSAFLOOP AANSLUITEN
Aansluitingen
Aansluitingen
Figuur 4
• In het bodemelement zijn er twee aftappunten
(*) In het bodemelement zijn er twee aftappunten voorzien voor condens-
voorzien voor condens- en/of regenwaterafloop:
en/of regenwaterafloop:
(*) Eén aparte afloop (A) voor de buitenwand (gedwongen ventilatieafvoe
• Eén aparte afloop (A) voor de buitenwand
3/4" metrische draad;
(gedwongen ventilatieafvoer) met 3/4"
(*) Eén aparte afloop (B) voor de 2 binnenwanden, rookgasafvoer en luchttoe
metrische draad;
voor toestellen C42p of C43p of C(10)2 of C(10)3 met 1½" metrische draad
• Eén aparte afloop (B) voor de 2 binnenwanden,
(*) Sluit de condensafvoeren op de riolering aan met een sifon (C).
rookgasafvoer en luchttoevoer voor toestellen
(*) De hoogte van de waterkolom van de sifons verschilt per aansluiting.
5.3
Condensafloop aansluiten
C42p of C43p of C(10)2 of C(10)3 met 1½"
Aansluiting
metrische draad.
Aansluitingen
Aansluiting van de buitenwand (A)
• Sluit de condensafvoeren op de riolering aan
Condensafvoer voor de 2 binnenwanden (B)
met een sifon (C).
(*) Voorbij de waterkolommen mag u de twee leidingen samenbrengen vi
• De hoogte van de waterkolom van de sifons
leiding naar de riolering toe.
verschilt per aansluiting.
(*) Standaardproducten voor de sifons en de aansluitingen zijn beschikbaa
de handel, bijv. Geberit.
Aansluiting
Open verbinding
Aansluiting van de
(*) Plaats de condenswaterafvoer onder helling om ophoping van
buitenwand (A)
regen- of condenswater te vermijden.
Condensafvoer voor de
(*) Sluit de condensafvoeren met een open verbinding aan op de riolering
2 binnenwanden (B)
zodat geen rioolgassen in het systeem kunnen binnendringen.
Figuur 4
• Voorbij de waterkolommen mag u de twee
(*) In het bodemelement zijn er twee aftappunten voorzien voor condens-
en/of regenwaterafloop:
leidingen samenbrengen via één leiding naar de
(*) Eén aparte afloop (A) voor de buitenwand (gedwongen ventilatieafvoer) met
riolering toe.
3/4" metrische draad;
(*) Eén aparte afloop (B) voor de 2 binnenwanden, rookgasafvoer en luchttoevoer
• Standaardproducten voor de sifons en de
voor toestellen C42p of C43p of C(10)2 of C(10)3 met 1½" metrische draad.
aansluitingen zijn beschikbaar in de handel, bijv.
(*) Sluit de condensafvoeren op de riolering aan met een sifon (C).
Geberit.
(*) De hoogte van de waterkolom van de sifons verschilt per aansluiting.
Aansluiting
Aansluiting van de buitenwand (A)
Condensafvoer voor de 2 binnenwanden (B)
Open verbinding
(*) Voorbij de waterkolommen mag u de twee leidingen samenbrengen via één
• Plaats de condenswaterafvoer onder helling
leiding naar de riolering toe.
om ophoping van regen- of condenswater te
(*) Standaardproducten voor de sifons en de aansluitingen zijn beschikbaar in
de handel, bijv. Geberit.
vermijden.
Open verbinding
• Sluit de condensafvoeren met een open
(*) Plaats de condenswaterafvoer onder helling om ophoping van
verbinding aan op de riolering zodat
regen- of condenswater te vermijden.
geen rioolgassen in het systeem kunnen
(*) Sluit de condensafvoeren met een open verbinding aan op de riolering
binnendringen.
zodat geen rioolgassen in het systeem kunnen binnendringen.
Figuur 5
30/06/2020 - 10
AA
B
Figuur 4
Waterkolom
≥ 350 mm
≥ 100 mm
AA
Waterkolom
B
≥ 350 mm
≥ 100 mm
Waterkolom
Figuur 5
≥ 350 mm
≥ 100 mm
Figuur 5
07/2021 • WWW.OPSINOX.COM
30/0
2
Advertenties
Inhoudsopgave
