Afdrukken op etiketten, transparanten en ander
speciaal papier
Soorten papier die u moet vermijden
Gebruik nooit papier dat beschadigd, omgekruld of gekreukt is of
een ongebruikelijke vorm heeft.
Alvorens papier met perforatiegaatjes (zoals Organizer-
papier) te gebruiken, dient u de stapel door te balderen; dit
om papierdoorvoerstoringen te voorkomen.
Gebruik geen papier met perforatiegaatjes aan de randen.
Zorg dat de perforatiegaatjes niet in de buurt van de
papiersensor liggen.
Gebruik geen Organizer-papier dat aan elkaar is geplakt.
De lijm kan de printer beschadigen.
Plaats nooit verschillende soorten papier in de papierlade,
daar het papier anders kan vastlopen of scheef kan worden
ingevoerd.
Voor het beste resultaat moet u in uw toepassing hetzelfde
papierformaat selecteren als het formaat papier dat in de
papierlade zit.
Als u in het afdrukmenu van uw toepassing geen
papierformaat kunt selecteren, kunt u dit met de
menutoetsen op het bedieningspaneel in het menu
PAPIER wijzigen. Raadpleeg hoofdstuk 3 voor meer
informatie hierover.
Afbeelding 1-25
Afbeelding 1-26
OVER DEZE PRINTER 1 - 35