Veiligheidsmaatregelen
Als bestuurder van de fiets ben je verantwoordelijk voor het veilig gebruik van de
•
fiets.
Als je buiten de voorgeschreven controle intervallen op een onderdeel speling
•
verneemt of vreemde geluiden hoort, vereist dit extra controle. Er wordt verzocht om
direct contact op te nemen met de eigenaar van de fiets of met Van Raam GoCab B.V.
Fiets tijdens de eerste rit uiterst voorzichtig.
•
Gebruik tijdens het fietsen altijd beide remhendels voor optimale remvertraging.
•
Pas op dat los wapperende kleding, sjaals, veters, wijde broeken etc. niet vast komen
•
te zitten tussen bewegende delen zoals de ketting, de spaken of de pedalen.
Laat geen bagage los rondslingeren in de zitkuip.
•
Tijdens het rijden dienen de kinderen de handen binnenboord te houden.
•
Zorg ervoor dat de kinderen links en rechts gelijk verdeeld in de zitkuip zitten zodat
•
het gewicht gelijk verdeeld is. Zie hoofdstuk 'Voor ingebruikname'.
Let op dat er zich bij afdalingen geen gevaarlijke snelheid ontwikkelt. Rem tijdig en
•
fiets niet harder dan 16 kilometer per uur.
Hoge snelheden in bochten en op oneffen terrein, of het nemen van een te scherpe
•
bocht, kunnen leiden tot het omslaan van de fiets.
Gebruik de fiets alleen op een solide en vlakke ondergrond.
•
Obstakels hoger dan 5 centimeter dienen te worden vermeden, of de snelheid dient
•
te worden verlaagd onder 5 kilometer per uur. Kleinere belemmeringen moeten met
gepaste snelheid worden overreden.
Het elektrosysteem is uitgerust met een radio-interface. Lokale gebruiksbeperkingen,
•
bijvoorbeeld in vliegtuigen of ziekenhuizen, moeten in acht genomen worden.
Houd tijdens het rijden beide handen stevig aan het stuur en de voeten op de pedalen.
•
Let op dat zich aan de voorzijde een kleine dode hoek bevindt en je op deze plek niet
•
altijd optimaal zicht hebt. In onoverzichtelijke situaties, zoals het uitrijden van een
steeg, dient extra voorzichtig te worden gereden.
Tijdens een zwangerschap is extra voorzichtigheid vereist in verband met een
•
verhoogde kans op letsel.
Gebruik de fiets in een omgevingstemperatuur tussen de -10ºC en 40ºC
•
Zet de fiets niet in direct zonlicht: de temperatuur van sommige onderdelen kan
•
boven de 41ºC komen. Bij het in contact komen met de huid kan dit mogelijk tot
overgevoeligheid van de huid leiden.
Versie 21.11
7/40