6.4
Live monitor (statuscodes)
+
Statuscodes op het display informeren over de actuele be-
drijfstoestand van het product.
Statuscodes - overzicht (→ Pagina 30)
6.5
Warmwatertemperatuur instellen
Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding
Voorwaarden: Waterhardheid: > 3,57 mol/m³
Gevaar!
Levensgevaar door legionellabacteriën!
Legionellabacteriën ontwikkelen zich bij tem-
peraturen onder 60 °C.
▶
Zorg ervoor dat de gebruiker alle maatre-
gelen voor de legionellabeveiliging kent
om de geldende voorschriften voor het
voorkomen van legionellabacteriën te
vervullen.
▶
Stel de warmwatertemperatuur op max. 50 °C in.
7
Ingebruikname
7.1
Product in- en uitschakelen
▶
Druk op de aan-/uittoets van het product.
◁
Op het display verschijnt het startscherm.
7.2
Controleprogramma's gebruiken
Installateurniveau oproepen + 1x
Weer-
Betekenis
gave
P.00
Testprogramma ontluchting:
De interne pomp wordt cyclusgewijs aangestuurd.
Het CV-circuit en het warmwatercircuit worden via de
snelontluchter ontlucht (de kap van de snelontluchter
moet losgemaakt zijn).
1 x
: start ontluchting CV-circuit
( →
2 x
): start ontluchting warmwatercircuit
→ ): nieuwe start ontluchting CV-circuit
3 x
(
1 x
(annuleren): ontluchtingsprogramma beëindi-
gen
Aanwijzing
Ontluchtingsprogramma loopt per circuit 7,5 min. en
eindigt daarna.
CV-circuit ontluchten:
Driewegklep in stand CV-bedrijf, aansturing van
de interne pomp voor 9 cycli: 30 s aan, 20 s uit.
Indicatie aktief verwarmings circuit.
Warmwatercircuit ontluchten:
Na het verstrijken van de hierboven genoemde cycli
of na het nogmaals indrukken van de rechter keu-
zetoets: driewegklep in de stand warm water, aan-
sturing van de interne pomp zoals boven. Indicatie
aktief warmwater circuit.
0020208991_00 ecoTEC pro Installatie- en onderhoudshandleiding
Weer-
Betekenis
gave
P.01
Testprogramma maximale last:
Het product loopt na succesvolle ontsteking met
maximale warmtebelasting.
P.02
Testprogramma minimale last:
Het product loopt na succesvolle ontsteking met
minimale warmtebelasting.
P.06
Testprogramma vulmodus:
De driewegklep wordt in middelste stand gebracht.
Brander en pomp worden uitgeschakeld (voor vullen
en legen van het product).
7.3
Verwarmingswater/vul- en bijvulwater
controleren en conditioneren
Opgelet!
Kans op materiële schade door minder-
waardige verwarmingswater
▶
Zorg voor verwarmingswater van vol-
doende kwaliteit.
▶
Voor u de installatie vult of bijvult, dient u de kwaliteit van
het verwarmingswater te controleren.
Kwaliteit van het verwarmingswater controleren
▶
Neem een beetje water uit het CV-circuit.
▶
Controleer het uitzicht van het verwarmingswater.
▶
Als u sedimenterende stoffen vaststelt, dan moet u de
installatie spuien.
▶
Controleer met een magneetstaaf of er magnetiet (ijzer-
oxide) voorhanden is.
▶
Als u magnetiet vaststelt, reinig de installatie dan en
neem de nodige maatregelen voor de corrosiebescher-
ming. Of bouw een magneetfilter in.
▶
Controleer de pH-waarde van het afgetapte water bij
25 °C.
▶
Bij waarden onder 8,2 of boven 10,0 reinigt u de installa-
tie en conditioneert u het verwarmingswater.
▶
Zorg ervoor dat er geen zuurstof in het verwarmingswater
kan dringen. (→ Pagina 18)
Vul- en bijvulwater controleren
▶
Meet de hardheid van het vul- en bijvulwater voor u de
installatie vult.
Vul- en bijvulwater conditioneren
▶
Neem voor de conditionering van het vul- en bijvulwater
de geldende nationale voorschriften en technische regels
in acht.
Voor zover nationale voorschriften en technische regelingen
geen hogere eisen stellen, geldt het volgende:
U moet het CV-water conditioneren,
–
als de volledige vul- en bijvulwaterhoeveelheid tijdens de
gebruiksduur van de installatie het drievoudige van het
nominale volume van de CV-installatie overschrijdt of
–
wanneer de in de volgende tabel genoemde richtwaarden
niet worden aangehouden of
–
als de pH-waarde van het verwarmingswater onder 8,2 of
boven 10,0 ligt.
Ingebruikname 7
15