1. Peilstok/vulplug
Vooronderhoud
Belangrijk: De bevestigingen op de deksels
van deze machine zijn zo ontworpen dat ze op
het deksel blijven zitten nadat de bevestiging is
losgemaakt. Draai alle bevestigingen op een deksel
een paar slagen losser zodat het deksel loszit maar
nog wel bevestigd is en draai de bevestigingen
daarna pas helemaal los totdat het deksel eraf komt.
Hiermee voorkomt u dat u per ongeluk de bouten
van de borgringen losdraait.
Het maaidek van de
tractie-eenheid verwijderen
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
breng het maaidek omlaag, zet de hefhendel in de
zweefstand, zet de motor af en stel de parkeerrem
in werking.
2. Verwijder de R-pen en gaffelpen waarmee de
hefarmen aan de beugels van de zwenkwielarm zijn
bevestigd (Figuur 24).
Figuur 23
1. Hefarm
2. Gaffelpen
3. Rol het maaidek bij de tractie-eenheid vandaan en
ontkoppel het mannelijke en vrouwelijke gedeelte
van de aftakas (Figuur 25).
1. Aftakas
GEVAAR
Als de motor wordt gestart en de aftakas kan
draaien, kan dit ernstig letsel tot gevolg hebben.
U mag de motor niet starten en de aftakashendel
niet inschakelen als de aftakas niet is aangesloten
op de tandwielkast van het maaidek.
Het maaidek aan de
tractie-eenheid koppelen
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak en
zet de motor af.
2. Plaats het maaidek vóór de tractie-eenheid.
3. Schuif de mannelijke aftakas in de vrouwelijke
aftakas (Figuur 25).
4. Zet de hefschakelaar vooruit in de zweefstand. Druk
een hefarm omlaag totdat de openingen in de hefarm
zijn uitgelijnd met de openingen in de beugel van de
21
Figuur 24
3. R-pen
4. Beugel van zwenkwielarm
Figuur 25