De printerinstellingen wijzigen
Apparaatinstellingen
Met [Apparaatinstellingen] in "Printer Instelling Tool" kunt u printerinstellingen opgeven of wijzigen als de
printer met de computer is verbonden met een USB-kabel of een Bluetooth-verbinding. U kunt niet alleen de
apparaatinstellingen opgeven voor één printer, u kunt diezelfde instellingen ook toepassen op een reeks
printers.
Bij het afdrukken vanuit een toepassing op de computer kunt u verschillende instellingen opgeven met het
printerstuurprogramma; als u echter [Apparaatinstellingen] in "Printer Instelling Tool" gebruikt, kunt u
meer geavanceerde instellingen specificeren.
Als u [Apparaatinstellingen] opent, worden de huidige instellingen van de printer opgehaald en
weergegeven. Als de huidige instellingen niet kunnen worden opgehaald worden de instellingen daarvoor
weergegeven. Als de huidige instellingen niet kunnen worden opgehaald en de instellingen daarvoor niet
kunnen worden weergegeven, worden de standaardinstellingen van dit apparaat weergegeven.
Dialoogvenster Instellingen
1 Menubalk
2 Printer
Lijst met aangesloten printers.
3 Tabbladen voor instellingen
Op de tabbladen staan instellingen die u kunt opgeven en wijzigen.
Opmerking
Als
wordt weergegeven op een tabblad, kunnen de instellingen op dat tabblad niet worden
opgegeven of gewijzigd. Bovendien worden de instellingen op het tabblad niet toegepast op de printer,
zelfs niet als u op [Toepassen] klikt. Evenmin worden de instellingen op het tabblad opgeslagen of
geëxporteerd als u de opdracht [Opslaan in opdrachtbestand] of [Exporteren] geeft.
1
2
3
5
4
6
7
8
3
3
3
64