11.
SECUNDAIRE EN TERTIAIRE REGELGEVERS.
De secundaire luchtregelaar bevindt zich bij de deur van het lager (fig.15). Het regelt de latere verbranding en
terugwinning van onverbrande rookgassen. De secundaire schoorsteen bevindt zich aan de niet-geventileerde kant van de
erker. De hoeveelheid secundaire lucht wordt verminderd totdat de hoeveelheid secundaire lucht wordt verhoogd door deze
bij 0 te meten.
Laat de regelaar van de secundaire ventilatieopeningen open wanneer de kachel geladen is.
Achter het kulasdeksel van de schacht bevindt zich een regelaar van de tertiaire dampopening (Fig.1, punt 17) die de
latere verbranding en terugwinning van onverbrande rookgassen regelt. Het openen en sluiten gebeurt door middel van een
bol die tussen het onderste deel van het schachtdeksel (Fig.1, punt 16) en het openingsdeksel (Fig.1, punt 14) is geplaatst.
Deze heeft "+" en "-" markeringen die de toevoer van de extra damp in het bed regelen.
De regelaar van de tertiaire ontluchting moet gesloten zijn wanneer het vaartuig is ondergedompeld, maar moet later worden
geopend.
Figuur 14
12.
KOKEN, BRADEN EN FRITUREN
Tijdens het stookseizoen wordt de kachel voornamelijk gebruikt voor verwarming. Voor het bakken, koken en braden moet
droog brandhout worden gebruikt.
Bij het bakken moet het verwarmingselement (fig.1. pos.4) van de pan gesloten zijn en moet de bodem van het
verwarmings-bakelement in de stand
"1" (fig.13, pos.19), de trekregelaar open en de ovendeksels op een kier met de sleutel (fig.18). Na het koken, koken en braden
de trekregelaar in de gewenste stand zetten en de opwarm-bak snelheidsbegrenzer in stand "0".
Bij het bakken moet de temperatuur van het water in het systeem worden verhoogd tot , zo nodig door bepaalde radio's
tijdens het bakken te sluiten, en moet de temperatuur van de oven worden aangepast aan het te bakken voedsel.
13.
VERWARMINGSMATERIAAL
Het verwarmingsmateriaal kan worden opgeslagen in de verwarmingsfioca (fig.17). De fioca wordt
over de vloeren verplaatst. Om de fioka uit de kachel te krijgen, is het nodig hem op te tillen.
Gebruik het in tabel 1 vermelde verwarmingsmateriaal, zodat de ketel een nominale warmtetoevoer naar het
schoorsteenkanaal heeft van 25 mbar (25Pa).
Verbrand geen stof, zaagsel en afval dat hevig rookt!
Figuur 13
Figuur 15
10