Standaardwaarden Van Het Bediendeel Herstellen; Belangrijk - GE ARITECH CS875 Installatiehandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor ARITECH CS875:
- Programmeerhandleiding (96 pagina's) ,
- Installatiehandleiding (219 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
3.
4.
•
•
5.
6.
7.
•
•
•
8.
9.
2.2.2.4
BELANGRIJK: Alvorens het systeem te installeren en te programmeren, moeten de
standaardwaarden van het bediendeel worden hersteld om ervoor te zorgen dat u
werkt met de correcte standaardwaarden in overeenkomst met de lokale
reglementering.
CS875-575-275-175 Installatiehandleiding
De externe buskabel wordt gebruikt voor communicatie tussen de centrale en de
bediendelen/modules. Het installeren van deze kabel dient zeer zorgvuldig te
gebeuren. Splits deze kabel nooit. Gebruik geen kabels met draden die worden
gebruikt voor telefoonaansluitingen of om bijvoorbeeld knipperlampen, sirenes
of relais te schakelen.
Gebruik voor de aansluiting op de netspanning de netaansluitklem in combinatie
met een vaste bedrading of een flexibel netsnoer dat op een geaard stopcontact
is aangesloten. Gebruik altijd kabelbandjes om het netspanningsnoer vast te
maken aan het daartoe bestemde bevestigingspunt bij de netaansluitklem.
In geval van een vaste bedrading, moet een gemakkelijk bereikbare, aparte
tweepolige stroomverbreker in het stroomverdeelnet worden ingebouwd.
Probeer nooit een netspanningsleiding aan de klemaansluitingen vast te solderen.
Vermijdt lange bedrading in de centrale en leid kabels zodanig dat ze niet op of
onder de printplaat liggen. Het gebruik van kabelbandjes wordt aanbevolen om
het overzicht in de behuizing ordelijk te houden.
De accu die bij deze eenheid wordt gebruikt, moet gemaakt zijn van materialen
uit een goede brandwerendheidsklasse (HB of beter).
Circuits die direct op het geïntegreerde relaiscontact of (via de geïntegreerde
elektronische uitgang) op het externe relaiscontact worden aangesloten, moeten
compatibel zijn met SELV-spanningen (Safety Extra Low Voltage).
Schakelrelais voor netspanning mogen niet in de behuizing van de centrale
worden gemonteerd.
Plaats altijd een onderdrukkingsdiode (bijvoorbeeld een 1N4001) parallel aan
de relaisspoel.
Gebruik uitsluitend relais met goede isolatie tussen de contacten en de spoel.
De minimumafstand tussen ingebouwde apparatuur bedraagt 50 mm tussen de
apparatuur ventilatie-openingen.
Gebruik de eenheden uitsluitend in een schone omgeving en niet in vochtige
lucht.
Standaardwaarden van het bediendeel herstellen
16
Advertenties
Inhoudsopgave
