AIS-ontvangst uitschakelen
De ontvangst van het AIS-signaal is standaard ingeschakeld.
Selecteer Instellingen > Overige schepen > AIS > Uit.
De AIS-functionaliteit wordt uitgeschakeld voor alle kaarten
en 3D-kaartweergaven. Dit is inclusief het zoeken en volgen
van AIS-schepen, het melden en volgen van
aanvaringsgevaar als schepen te dicht in de buurt komen en
informatie over AIS-schepen.
Kaartmenu
OPMERKING: Niet alle instellingen zijn van toepassing op alle
kaartweergaven. Voor een aantal opties zijn premiumkaarten of
aangesloten accessoires vereist.
OPMERKING: De menu's kunnen bepaalde instellingen
bevatten die niet worden ondersteund door de geïnstalleerde
diagrammen of uw huidige locatie. Als u deze instellingen
wijzigt, hebben de wijzigingen geen invloed op de
grafiekweergave.
Deze instellingen gelden voor de kaartweergaven, met
uitzondering van Fish Eye 3D
pagina
11).
Selecteer MENU op een kaart.
Lagen: Hiermee past u de presentatie van de verschillende
elementen op de kaarten aan
Waypoints en sporen: Hiermee past u aan hoe waypoints en
tracks worden getoond
(Instellingen laag
Gebruikersgegevens, pagina
Quickdraw Contours: Schakelt het tekenen van
bodemcontouren in en laat u labels voor viskaarten maken
(Garmin Quickdraw Contours kaarten, pagina
Kaartinstelling: Hiermee past u de oriëntatie van en de
hoeveelheid details op de kaart aan en past u de gegevens
aan die op het scherm worden weergegeven.
Wijzig overlays: Hiermee wijzigt u welke gegevens worden
getoond op het scherm
pagina
3).
Kaartlagen
U kunt kaartlagen in- en uitschakelen en functies van de kaarten
aanpassen. De instellingen zijn alleen van toepassing op de
gebruikte kaart of kaartweergave.
OPMERKING: Niet alle instellingen zijn van toepassing op alle
kaarten en kaartplottermodellen. Voor een aantal opties zijn
premiumkaarten of aangesloten accessoires vereist.
OPMERKING: De menu's kunnen bepaalde instellingen
bevatten die niet worden ondersteund door de geïnstalleerde
diagrammen of uw huidige locatie. Als u deze instellingen
wijzigt, hebben de wijzigingen geen invloed op de
grafiekweergave.
Selecteer in een kaart MENU > Lagen.
Kaart: Hiermee toont en verbergt u kaartgerelateerde
elementen
(Instellingen kaartlaag, pagina
Mijn boot: Hiermee toont en verbergt u aan de boot
gerelateerde elementen
pagina
10).
Gebruikersgegevens: Hiermee toont en verbergt u
gebruikersgegevens, zoals waypoints, grenzen en tracks.
Ook opent u zo lijsten met gebruikersgegevens
laag Gebruikersgegevens, pagina
Overige schepen: Hiermee past u de manier aan waarop
andere vaartuigen worden getoond
schepen, pagina
11).
Water: Hiermee toont en verbergt u diepte-elementen
(Instellingen waterlaag, pagina
10
(Instellingen voor Fish Eye 3D,
(Kaartlagen, pagina
11).
12).
(De gegevensoverlays aanpassen,
10).
(Instellingen laag Mijn boot,
(Instellingen
11).
(Instellingen laag Overige
11).
Quickdraw Contours: Hiermee toont en verbergt u Garmin
Quickdraw Contours data
instellingen, pagina
Instellingen kaartlaag
Selecteer MENU > Lagen > Kaart op een kaart.
Satellietfoto's: Bij gebruik van bepaalde premiumkaarten kunt u
op de navigatiekaart satellietbeelden met hoge resolutie
weergeven van het land of van zowel het land als de zee
(Satellietbeelden op de navigatiekaart weergeven, pagina
OPMERKING: Deze instelling moet zijn ingeschakeld om
Standard Mapping grafieken weer te geven.
Getijden & stromingen: Toont indicators van
stromingenstations en getijdenstations op de kaart en
schakelt de schuifregelaar voor getijden en stromingen in,
waarmee u de tijd kunt instellen voor de getijden en
stromingen die worden vermeld op de kaart.
Nuttige punten op land: Toont nuttige punten aan land.
Navigatiemiddel: Toont navigatiehulpmiddelen, zoals ATONs
en knipperende lichten, op de kaart. Hiermee kunt u het
NOAA of IALA navigatiekenmerktype selecteren.
Servicepunten: Toont locaties voor watersportdiensten.
Diepte: Past de elementen op de dieptelaag aan
waterlaag, pagina
10).
Beperkt toegankelijke gebieden: Toont informatie over
verboden gebieden op de kaart.
Fotopunten: Toont camerapictogrammen voor luchtfoto's
(Luchtfoto's van oriëntatiepunten weergeven, pagina
Instellingen laag Mijn boot
Selecteer MENU > Lagen > Mijn boot op een kaart.
Koerslijn: Hiermee kunt u de koerslijn weergeven en
aanpassen. Dit is een lijn op de kaart vanaf de boeg van de
boot in de richting van de vaarkoers
hoekmarkeringen instellen, pagina
Leylijnen: Hiermee worden de leylijnen aangepast in de
zeilmodus
Rozen: Hiermee kunt u rozen op de kaart verbergen of
weergeven. Windrozen zijn de visuele weergave van
informatie over windhoek of windrichting die door de
aangesloten windsensor wordt geleverd. De kompasroos
geeft de kompasrichting aan die is gericht op de voorliggende
koers van de boot.
Bootpictogram: Hiermee stelt u het pictogram voor uw actuele
locatie op de kaart in.
Leylijninstellingen
Sluit een windsensor aan op de kaartplotter om de leylijnfuncties
te gebruiken.
In de zeilmodus
leylijnen weergeven op de navigatiekaart. Leylijnen kunnen erg
handig zijn tijdens zeilraces.
Selecteer MENU > Lagen > Mijn boot > Leylijnen > Stel in op
de navigatiekaart.
(Garmin Quickdraw Contouren
13).
11).
(De koerslijn en
6).
(Leylijninstellingen, pagina
(Het type boot instellen, pagina
Kaarten en 3D-kaartweergaven
7).
(Instellingen
8).
10).
3) kunt u