7.2
ROOKGASKANAAL
Voor een goede werking van de ketel, moet het rookgaskanaal worden uitgevoerd door een gespecialiseerd technicus
die zich dient te houden aan de referentienormen (UNI EN 10683). Het bedrijf zal anders niet aansprakelijk kunnen wor-
den gesteld voor eventuele storingen van het apparaat.
Om duidelijk te zijn, verwijzen we met schoorsteen of rookgaskanaal naar het verticaal gedeelte dat zich onderscheidt
door een correcte trek (natuurlijke convectie). De rookgasleiding, daarentegen, is het horizontaal gedeelte dat het ap-
paraat verbindt met de schoorsteen.
Dit apparaat moet de verbrandingsproducten afvoeren via een verticaal rookgaskanaal met een minimale onderdruk
van 6-8 Pa, teneinde altijd borg te staan voor de afvoer van de rookgassen, ook in afwezigheid van elektriciteit of in
ongunstige omstandigheden.
Het deel van het rookgaskanaal dat uit het dak steekt of in contact komt met de buitenlucht dient te worden bekleed
met geperforeerde of in elk geval goed isolerende stenen.
Eventuele constructies, planten of andere obstakels die hoger dan het dak uitsteken moeten op een afstand van min-
stens 3 m van de schoorsteenpot worden geplaatst.
Men raadt aan het rookgaskanaal te voorzien van een kamer voor de verzameling van vast materiaal en eventueel
condens, onder de ingang van de rookgasleiding, zodat het makkelijk kan worden geopend en gecontroleerd via een
luchtdicht deurtje.
Het rookgaskanaal moet worden vervaardigd van gladde buizen en verbindingen die onderling worden ge-
assembleerd met gepaste pakkingen, om borg te staan voor de hermetische afsluiting van de leiding en om
te voorkomen dat de verbrandingsgassen in geval van een storing vrijkomen in de omgeving. Gebruik geen
soepele gegroefde buizen.
HET IS STRENG VERBODEN HET APPARAAT TE INSTALLEREN IN EEN ROOKGASKANAAL GEDEELD MET ANDERE
APPARATEN!
OK!
OK!
min 3 m
min 2 m
OK!
min 3 m
min 2 m
NO!
NO!
NO!
18
cod. 6118220 ed. 02-2019