Inhoudsopgave
Advertenties
Regelaareenheid conform DIN EN 14597
Met olie of gas gestookte heteluchtverwarmingen moeten met intrinsiek
veilige regelinrichtingen conform DIN EN 14597 zijn uitgerust.
STB
TR
20
30
°C
40
80
50
70
60
De 4 functies van
de regelaareenheid:
1. Ventilatorregelaar (TR)
Regelt het in- en uitschakelen
van de ventilator. Het
schakelpunt wordt met de
"Instelhendel TR" ingesteld.
Instelwaarde ca. 40 °C
2. Temperatuursensor voor de
brander (TW 2)
De temperatuursensor begrenst
de uitblaastemperatuur.
Het schakelpunt wordt met de
"Instelhendel TW "2 ingesteld.
Instelwaarde ca. 75 – 80 °C
3. Temperatuurschakelaar voor het
tweede niveau van de brander
(TW 1)
De temperatuurschakelaar stuurt
LET OP
Om een hernieuwd overschrijden
van de activeringstemperatuur
te vermijden, moeten voor het
terugzetten/ontgrendelen van de
STB de bedrijfsvoorwaarden van
het apparaat worden gecontroleerd.
TW1
TW2
60
70
60
50
80
50
°C
°C
het niveau van de brander.
Bij het overschrijden van de
ingestelde temperatuur, wordt
de brander in het kleine niveau
(deellastbedrijf) geschakeld.
Het schakelpunt wordt met de
"Instelhendel TW1" ingesteld.
Instelwaarde ca. 10-15 K onder
TW2
4. Veiligheidstemperatuurbegrenzer
(STB)
Neemt de regelfunctie van de
temperatuursensor over.
Schakelpunt vast ingesteld op 100 °C.
Na activering voorkomt een
herstartblokkering het herstarten
van de brander. De resetknop
(RESET) moet handmatig van
buitenaf worden bediend wanneer
het deksel van de behuizing
gesloten is.
AANWIJZING
Bij het vervangen van de
regelaareenheid mag uitsluitend
een origineel REMKO-
reserveonderdeel worden gebruikt!
De regelaareenheid heeft een
zelfcontrolerende voeler en is
koudebestendig tot -20 °C.
Onder -20 °C schakelt het
apparaat uit, maar als de
temperatuur weer stijgt, schakelt
het weer is en is dan volledig
functioneel.
Bij beschadiging van de voeler of
van de capillaire buis, alsook bij het
bereiken van een temperatuur van
ca. 220 °C wordt het vulmedium
geleegd en de regelaareenheid
schakelt naar de veiligheidszijde
uit. De regelaareenheid
functioneert niet meer en moet
worden vervangen.
70
80
Voor het vervangen van de
regelaareenheid moeten o.a. de
volgende aanwijzingen in acht
worden genomen:
■
■
■
■
■
■
De capillaire buizen mogen bij
het inbouwen niet beschadigd
of scherp geknikt worden
Alleen de capillaire buis mag
verbogen worden, de voeler
niet
Voor een veilige werking
van het apparaat moeten de
voelers altijd vrij in de warme
luchtstroom liggen
De voelers moeten steeds stof-
en vuilvrij zijn
De capillaire buizen en voelers
mogen niet beschadigd zijn
De voelers mogen niet tegen de
brandkamer aanliggen
LET OP
Er moet voor een zorgvuldige
en professionele installatie en
montage worden gezorgd.
LET OP
De veiligheidsinrichtingen
mogen tijdens het bedrijf van
het apparaat niet worden
overbrugd of geblokkeerd!
7
Advertenties
Inhoudsopgave
